205
noemclbezat eene school. D. Buddingh (Cramer) vermeldt
haar in zijne Geschiedenis van Opvoeding en Onderwijs bladz.
119 en 406 met verwijzing naar Buddingh Archief 5dc stnk
bladz. 177. Tot mijn leedwezen is liet mij niet gelukt dit stuk
onder de oogen te krijgen. In het Oud Archief heb ik slechts
twee berichten gevonden waaruit het bestaan der abdijschool
blijkt. In de stadsrekening van 1395 f°. 8 vso leest men
dat op Alrekinderendackevenals aan de scholieren van de
Groote Schoolwerden gegeven n den cloesterknapen te helpe
haren feeste met haren biscop als costumelic es Y.TII gr." In
1402 ontvangen //des cloesters knapen" insgelijks een geschenk
van de stad.
Dat het kapittel van Westmonster oorspronkelijk eene school
moet gehad hebben en waarschijnlijk der stad liet recht om
onderwijs te laten geven betwist heeftzal men moeten opma
ken uit hetgeen hieronder bladz. 214 wordt medegedeeld.
De kapittelschool bij de St. Pieterskerk vindt men vermeld bij
van Mieris, II, bladz. 516 in een charter van het jaar 1331.
Deze school is te niet gegaan, maar in 1405 weder opgericht.
Zie hieronder bladz. 230.
Hier zoowel als elders hebben deze kerkelijke scholen een
kwijnend bestaan gehad. Hoewel men te Home steeds overtuigd
was van het groot belangdat de kerk had bij deze inrichtingen
en herhaaldelijk op hare instandhouding werd aangedrongen
stuitten deze pogingen toch veelal af op de ongeschiktheid en on
verschilligheid der geestelijken en toen in de 13® en 14e eeuw in
alle steden een nieuw leven ontwaaktede behoefte aan weten
schappelijke ontwikkeling bij de bevolking zich sterk deed gevoe
len en de van de kerk onafhankelijke stadsscholen ontstonden
verloor het kerkelijk onderwijs zoozeer alle beteekenis, dat men
zelfs een groot aantal der aanstaande priesters hunne opleiding in
deze deed genieten. Zoo kwam hetdat ook onze Groote School