Dialectdag van de Zeeuwsche Vereeniging voor dialectonderzoek Typisch Zeeuws??? Zeeland Migratieland Immigratie Emigratie ARCHEOLOGIEGESCHIEDBEOEFENINGMONUMENTENWACHTMONUMENTENZORGMUSEA STREEKTALEN Het is een vaste traditie geworden: de derde zaterdag van oktober komen alle dialectliefhebbers naar Kapelle. Daar wordt jaarlijks de Dialectdag van de Zeeuwsche Vereeniging voor Dialectonderzoek gehouden in zaal 'De Vroone'. Op 18 oktober 2003 kun je er vanaf 9.30 tot 16.00 uur terecht. In het ochtendprogramma is er de jaarlijkse algemene ledenvergadering, een lezing van Jan Stroop (Universiteit van Amsterdam) over de verschillen tussen het West-Brabants en het Zeeuws en een muzikaal intermezzo van Peter Dieleman. Tijdens de lunch krijgt iedereen ruim de tijd om bij te praten met andere belangstellenden of de publicaties van de Vereeniging in te kijken aan de boekenstand. Het middagprogramma wordt verzorgd door de toneel groep Ad Hoc uit Heinkenszand o.l.v. Jopie Minnaard en door enkele verhalenvertellers. Inlichtingen en inschrijvin gen: Zeeuwsche Vereeniging voor Dialectonderzoek (tel. 0118-62 95 56). U kunt ook de bijsluiter raadplegen bij de volgende aflevering van het verenigingsblad Nehalennia (afl. 141, verschijning rond 21 september). Wat heeft de typisch Zeeuwse naam Geschiere te maken met de Franse naam Ghesquière? Waarom woonden er Schotten in Veere? Welke banden heeft de Lutherse kerk in Groede met Dürnberg in Oostenrijk? Welke Zuid-Afrikaanse president heeft Zeeuwse voorouders? Hoe komt het dat het Surinaamse biermerk Parbo zijn wortel heeft in Kloosterzande? Waarom hoort men Zeeuws-Vlaams dialect in de jungle van Brazilië? Bestaat 'typisch Zeeuws' eigenlijk wel? Op al deze vragen geeft de tentoonstelling 'Typisch Zeeuws??? Zeeland Migratieland' een antwoord. Deze aankondiging trok de aandacht van de consulent streektalen door het ene zinnetje over het Zeeuwsch- Vlaamse dialect in Brazilië. Uit een telefoontje met het Zeeuws Archief bleek dat deze tentoonstelling nog veel meer te bieden heeft over de Zeeuwse taal. Ze laat zien waar en wanneer er immigratie en emigratie is geweest in en vanuit Zeeland. Een aspect dat iedere keer aan bod komt is de invloed die het Zeeuws wel of niet uitoefent op de andere taal en vice versa. Het Zeeuws Archief en Marco Evenhuis brachten een aantal interessante gegevens samen over de Zeeuwse taal in deze situaties. Uit hun gegevens voor deze tentoonstelling kies ik een beperkt aantal in het oog springende wetenswaardigheden. Deze informatie en veel meer is ook te vinden op de website van het Zeeuws Archief www.zeeuwsarchief.nl De tentoonstelling heeft het onder andere over Schotten in Veere, over kooplieden en calvinisten uit het zuiden en over Franse Hugenoten. Schotse invloed op het Zeeuws is er niet, invloed van de Hugenoten wel: honderden Franse woorden kennen we in de Zeeuwse dialecten: assiette (vleesschaal of -schotel), impersant (ondertussen, van 'en passant'), kompassie (medelijden) en avveseren (opschieten, van 'avancer'). Sterker verzeeuwst zijn bijvoorbeeld katievig (gebrekkig, van 'chétif), en astrant (brutaal, van 'astreindre' - dwingen). Natuurlijk is het niet altijd vast te stellen of deze woorden echt van de Hugenoten afkomstig zijn. Ze kunnen ook op een natuurlijke wijze via Vlaanderen uit Picardië zijn overgewaaid. Gornèt of gornaort (garnaal) komt bijvoorbeeld van het Picardisch 'gorrinet'. Andere woorden zijn pas in de Franse Tijd in het Zeeuws opgenomen. Dat geldt waarschijnlijk voor assiette (vleesschaal), dat via de Zeeuwse burgerij in de volkstaal opgenomen zou zijn. Opvallend is wel dat het aantal Franse woorden in Zeeuwsch-Vlaanderen en op Walcheren, waar de meeste Hugenoten neerstreken, veel groter is dan in andere delen van Zeeland. Afstammelingen van de Hugenoten, vooral in West Zeeuwsch-Vlaanderen, zijn nog altijd te herkennen aan familienamen als Cappon, Claerbout, Du Bois, Dusarduijn, Ghesquière of Geschiere, Hennequin, De Hullu, Luteijn, Neuféglise, Oreel, Risseeuw en vele andere. Andere immigranten vernederlandsten sneller. Er zijn in het Zeeuws bijvoorbeeld geen woorden bekend die ontleend zijn aan het Duits van de Salzburgers. In West Zeeuwsch-Vlaanderen zijn wel enkele uitdrukkingen bekend die verwijzen naar de Lutherse Salzburgers, zoals 'De Salsburgers brochtn de luuzn en d'Ugenootn de kluutn' Ook de uitdrukking 'j'n eign Luthers 'ouwn' (je koest houden) geeft aan dat de Salzburgers hier niets te vertellen hadden. Net zoals de Hugenoten lieten ze wel hun sporen na in familienamen (Eggel, Ekkebus, Neugebauer, Wemelsfelder e.a.). Het Afrikaans ontbreekt in deze tentoonstelling niet; de taal van de Kaap ontwikkelde zich uit de dialecten van de kolonisten, en dat is nog steeds te horen aan het tegenwoordige Afrikaans. Het 'Kaaps-Hollands' had echter meer Zuid-Hollandse dan Zeeuwse invloeden. In het Afrikaans zijn er heel wat woorden en klanken die we met het Zeeuws kunnen associëren. Voor begrippen waarvoor in het Nederlands meerdere woorden bestaan, kent het Afrikaans bijna altijd alleen het woord dat ook in Zeeland de voorkeur heeft: Zeeuwen en Zuid Afrikanen zeggen geen hiel, maar hak en geen aal maar paling. Ook pad voor weg en beest voor rund is zowel Zeeuws als Afrikaans. Tenslotte doen de klanken in bijvoorbeeld blom, most en genog (bloem, moest en genoeg); vurk en wurm (vork en worm); zeun en deur (zoon en door); oest Zeeuws Erfgoed 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2003 | | pagina 19