Van oosendrop
tot regenwaterafvoer
MONUMENTENWACHT
Onbeklede goten
Van hout
Van natuursteen
Van metaal
Beklede goten
Onderhoud
ARCHEOLOGIEGESCHIEDBEOEFENING.
De meest eenvoudige manier om het regen
water van het dak af te voeren is het zijn eigen
weg naar beneden te laten zoeken. Als een
gebouw vrijstaat is hiervoor geen enkele
belemmering. Het aflopende water zoekt zijn
weg via greppels of zakt weg in de bodem.
In de Middeleeuwen, toen de woningen dichter
op elkaar werden gebouwd, bleef dikwijls een
smalle strook tussen de woningen vrij. Deze
ruimte werd onder andere gebruikt voor de
regenwaterafvoer. Een dergelijke 'oosendrop'
werd veelal bekleed met keien en kon zo, als
een soort goot, voor de afvoer van het regen
water van de daken dienen. Bij de verstening
van de houten huizen uit de Middeleeuwen
ging men over tot het aanbrengen van goten
om de hinderlijke drup van de daken op de
bestrating tegen te gaan en het water wat
gereguleerder af te voeren. Het geleiden en
opvangen van regenwater gebeurde al bij de
Romeinen. Bij grote kerken en kloosters werd
het regenwater opgevangen in grote bassins die
onder de gebouwen aanwezig waren. Een goed
voorbeeld hiervan is de postmiddeleeuwse
cisterne in Veere. Hier werden grote hoeveel
heden water in ondergrondse ruimten
opgeslagen om de wolhandelaren van proper
water te voorzien.
Door het gebruik van een systeem van goten en
afvoerpijpen kon het regenwater zo schoon
mogelijk worden afgevoerd en voor gebruik
worden opgevangen. Maar ook op kleinere
schaal werd volop gebruik gemaakt van deze
werkwijze. Denk hierbij maar aan de
regenbak/ton bij particuliere woningen.
Ook nu staat het opvangen en gebruik van
regenwater weer volop in de belangstelling.
Om een blijvende en duurzame afvoercon-
structie te maken, zijn door de eeuwen heen
diverse materialen en technieken gebruikt om
de waterafvoer van het hemelwater te geleiden.
Ruwweg zijn de goten in twee categorieën te
onderscheiden; de onbeklede en de beklede goot.
De onbeklede goot bestaat uit één materiaal dat
voor de constructie én voor waterafvoer zorgt.
Ook de voorgevormde goten die op beugels of
klossen steunen, vallen in deze categorie. De
beklede goot is een gootconstructie die bekleed
is met een duurzaam materiaal.
Hout wordt nog altijd gebruikt bij de
constructie van goten. Het gebruik van een
houten uitgeholde boomstam om water af te
voeren werd al vroeg toegepast. Ook nu nog
worden bij eenvoudige woonhuizen of schuren
zogenaamde houten blokgoten gebruikt. Een
groot nadeel hiervan is de beperkte levensduur.
Bij de wat grotere kerken, stadhuizen en
buitenplaatsen werd natuursteen in korte
stukken in gootvorm achter elkaar op de muur
gelegd. De onderlinge naden werden gedicht
met bitumen of lood en onder de naden werden
spuwers aangebracht die het water afvoerden.
Door de toepassing van diverse metalen in
gootconstructies werden ze veelal lichter in
gewicht. De goede verwerkbaarheid van
metalen heeft tot gevolg dat er diverse vormen
ontstaan zijn. Goten die buiten de muur
hangen, worden ondersteund door klossen of
beugels.
De vierkante 'bakgoot' of de halfronde
'mastgoot' op beugels is een algemeen bekende
constructie, die veel werd en nog steeds wordt
toegepast. De gietijzeren goot komt iets minder
vaak voor. Ze wordt fabrieksmatig geproduceerd
en door middel van koppelstukken tot een
langer geheel geconstrueerd, ondersteund door
klossen.
Door het bekleden van een (houten) goot
constructie kan een waterdicht geheel worden
gemaakt dat dienst doet als waterafvoer. Denk
hierbij maar aan een goot tussen twee woningen
of tussen een woning en een opgaande gevel.
Om deze constructie waterdicht te kunnen
maken, wordt gebruik gemaakt van diverse
soorten metalen. Lood, koper en zink zijn in
MONUMENTENZORGMUSEASTREEKTALEN
Nederland de meest toegepaste materialen.
Lood is duurzaam en eenvoudig te verwerken,
maar het heeft een hoog soortelijk gewicht.
Door de grote uitzettingscoëfficient mag het
lood niet in te lange stukken worden gebruikt.
Het materiaal wordt aangetast door zuren
waarbij het lood omgezet wordt in loodwit.
Koper is duurzamer en heeft een kleinere
uitzettingscoëfficient dan lood. Het kan
daardoor in langere lengtes worden verwerkt en
het oppervlak van het koper vormt een
beschermende patinalaag van kopergroen.
Het materiaal is ongevoelig voor kalk, gips en
cement.
Zink kan makkelijk worden verwerkt. Eenmaal
aan de buitenlucht blootgesteld verloopt de
oppervlakteverwering van het materiaal in drie
stadia. Eerst verschijnt op het zink een
melkwitte, in regenwater oplosbaar product.
In het vervolgstadium wordt dit een grijze
patina (oxidatielaag). Deze laag hecht zich niet
aan de ondergrond waardoor het zink in een
later stadium corrodeert. De dikte van het zink
en de zuurgraad van het afgevoerde water is
bepalend voor de levensduur van zinken goten.
De duurzaamheid van goten wordt ook bepaald
door de vakkundigheid waarmee de goten
worden aangebracht. Een goed geconstrueerde
goot en een met zorg aangebrachte en
gedetailleerde bekleding staan garant voor vele
jaren zorgeloze afvoer van het hemelwater.
Goten zijn in principe open constructies.
Naast regen- en dooiwater komt er regelmatige
vervuiling voor door vallend gebladerte,
afgewaaide takken, meekomend stof en gruis,
roet en duivenmest. Ook de kwaliteit en de
samenstelling van het hemelwater, afhankelijk
van de regio (industrieel versus landelijk gebied
dat meer of minder vervuild is), bepalen naast
een goed onderhoud de levensduur van goten.
In het slechtste geval raakt de afvoer van goten
verstopt met alle gevolgen van dien: lekkage,
overlopen van de goten etc. Door het aanwezige
afval blijft er ook langer dan nodig is hemel
water staan, waardoor de aanwezige agressieve
deeltjes in het vuil en in het water tot een
versnelde corrosie en aantasting van de goten
leiden.
Om goten goed te laten functioneren en in een
goede staat te houden, is het noodzakelijk om
ze, samen met de gootafvoeren regelmatig
schoon te maken. Het is raadzaam tweemaal per
jaar de goten te controleren. Aanvullend kan
dan (b.v. eenmaal per jaar) een grondige
inspectie plaatsvinden om tijdig plaatselijke
schade aan of veroudering van de gootbekleding
vast te stellen en direct te laten herstellen.
Dit neemt niet weg dat na een (flinke) regenbui
u als eigenaar/beheerder alert moet zijn op
leksporen. Kleine lekkages kunnen immers grote
(financiële) en onbehaaglijke gevolgen hebben.
Zeeuws Erfgoed 12