Streektaalmuziek
Achtste Nederlandse Dialectendag
Dialectverlies op Tholen
ARCHEOLOGIEGESCHIEDBEOEFENINGMONUMENTENWACHTMONUMENTENZORGMUSEA STREEKTALEN
In de Eendrachtbode van donderdag 18 maart ll.
verscheen een interview met Henriëtte op den
Brouw over het Thoolse dialect. Zij werkt op
dit ogenblik aan een studie over het dialect
verlies op Tholen. Voor haar onderzoek moest
ze op zoek naar dialectsprekers in verschillende
leeftijdscategorieën. Dat bleek niet altijd zo
eenvoudig te zijn. Toen ze zelf op de lagere
school zat, werd er nog veel dialect gesproken.
Nu bleek het een echte klus om nog dialect
sprekende kinderen te vinden.
Om de veranderingen in het dialect te onder
zoeken, heeft ze drie leeftijdscategorieën
gekozen: zestigjarigen, dertigjarigen en kinderen
tussen negen en twaalf jaar. Zeggen dialect
sprekers nog keu voor varken, puut voor kikker
en pit voor waterput? Dergelijke zaken heeft
Henriëtte op den Brouw opgevraagd en
geregistreerd. Haar resultaten zullen binnenkort
samengebracht worden, want ze hoopt binnen
kort af te studeren aan de Vrije Universiteit van
Amsterdam, waar ze in deeltijd Nederlands
studeert.
In het interview in de Eendrachtbode licht ze
toch al een tipje van de sluier op. "Wat viel op?
Dat kinderen rode bietjes bijvoorbeeld geen
krot'n noemen maar kroaten als in broad. Dat
het woord voor schaar, sals te plat wordt
ervaren. En met schaere in de overgang zit naar
schaarVerder merkt ze ook op dat de eind-e
in woorden als koeke en laete verdwijnt en dat
kinderen delen van woorden aanpassen aan de
standaardtaal. Kinderen gebruiken bijvoorbeeld
kruiwaehen i.p.v. kruuwaehen. Dat geldt ook
voor de Zeeuwse klanken in woorden als bed en
net of voor de glottisslag in woorden als neuten.
De jongere generatie zet daar een t, zoals in het
S tandaardnederlands
De middelste groep volgt de oudste groep nog
behoorlijk. Er zijn natuurlijk wel
verschillen. Ouderen spreken nog over een
nist, de iets jongeren gebruiken al meer nest.
Ouderen hebben het nog over mosse, de
middengroep kiest voor musse. Ook het woord
pit voor waterput wordt steeds minder gebruikt
in de middengroep.
Mevrouw Op den Brouw betreurt het dat het
dialect steeds minder gesproken wordt, maar
denkt dat het toch nog wel een paar honderd
jaar zal duren voor het verdwenen is.
Joop van den Bremen uit Vlissingen houdt zich
al jaren bezig met streektaalmuziek, of juister:
sinds 1996 registreert hij op een website streek-
taalgroepen en arties-ten. Onlangs heeft de
2000ste artiest zich aangemeld, wat toch een
reden is om deze bijzondere website even in de
bloemetjes te zetten. Begin mei waren het er al
2068.
De website is te vinden op http://people.zeel.and-
net.nl/vdbremen/strk/strktlnn.htm of door in een
zoekmachine op internet streektaalmuziek in te
tikken.
Voor Zeeland staan er ruim zestig aangemelde
streektaalmuzikanten en -groepen op. Voor
andere provincies is dat soms meer, soms
minder. In de PZC van 6 april heeft Rinus
Antonisse Joop van den Bremen geïnterviewd
over zijn passie. Uit dat interview leren we dat
alleen groepen die vanaf 1950 bezig zijn met de
streektaalmuziek in aanmerking komen.
Op de vraag waarom hij gepassioneerd werd
door streektaalmuziek, antwoordt Van den
Bremen dat er drie belangrijke elementen een
rol speelden: "de computer met internet, zijn
interesse voor volksmuziek en folk en het door
zijn ouders gevoede gevoel voor streektaal'.
Op de website vindt u niet alleen de namen
van de muzikanten en de provincie waar ze
vandaan komen, ook allerlei persartikelen,
biografieën en discografieën zijn erop te zien.
De muziek zelf kunt u er niet vinden, en
teksten komen er alleen op als de artiesten
erom vragen.
Er is ook een top-10 te vinden van meest
geraadpleegde artiesten. Elke artiest heeft een
eigen pagina. De top-3 moet je zoeken bij Ede
Staal (Groningen), Normaal (Achterhoek) en
Rowwen Héze (Limburg), maar daarin kunnen
wel eens lichte wijzigingen optreden. Zeeuwse
artiesten worden minder opgezocht. Limburg
trekt de lijst met 808 aanmeldingen. Zeeland
telt er 65 en staat op de achtste plaats in het
lijstje. Zelf zegt Van den Bremen dat hij het
beste geïnformeerd wordt over Zeeland,
Limburg en Groningen.
Deze website biedt de bezoekers heel wat
informatie op het vlak van streektaalmuziek.
Een echte aanrader.
Op 12 maart 2005 is het weer zover. Dan is er
weer een Nederlandse Dialectendag, de achtste.
Dit keer niet in Middelburg, maar iets
noordelijker, in Ede in Gelderland. Net zoals
de vorige dialectendagen heeft deze dag een vast
stramien. In de ochtend zijn er een paar
plenaire lezingen. Het middaggedeelte kent de
vaste onderdelen boekenmarkt, workshops en een
café-chantant.
Het thema van deze Dialectendag is in
de keuken'. Zoals altijd hoort daar ook weer een
dialectenboek bij waarin per regio of provincie
nader bekeken wordt wat er aan interessants te
vertellen is op het vlak van de dialecten in die
streek in relatie met het thema, dialect in de
keuken. De regio-auteur zal een tiental
interessante dialectbenamingen voor voorwer
pen, begrippen of uitdrukkingen uit de keuken
sfeer bespreken, zoals de benaming(en) voor
voedingsproducten (bv.: de aardappel, ontbijt
koek) of gebruiksvoorwerpen (bv.: vergiet,
bord). Als er interessante uitdrukkingen
gebruikt worden om bv. naar (te) slappe koffie,
gebakken aardappelen, enz. te verwijzen, dan
kan daar eveneens aandacht aan besteed
worden.
Wat vindt u de mooiste, leukste en interes
santste Zeeuwse woorden in en rond de keuken?
Of van welk keukenwoord wilt u wel eens
weten waar het vandaan komt? Laat het ons
weten.
Misschien komen de door u gekozen woorden
uiteindelijk wel in het achtste
dialectenboek terecht. U kunt ze mailen naar
v.de.tier@scez.nl of naar snd@mail.be. Of u
stuurt een briefje naar Veronique De Tier -
Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland - postbus
49 - 4330 AA Middelburg. Ook als u
geïnteresseerd bent om deze dag bij te wonen,
kunt u op deze adressen terecht. In het laatste
nummer van dit jaar volgt een definitief
programma met inschrijvingsmogelijkheden.
van den Bremen
Zeeuws Erfgoed 25