.Zeeuws Zeeuws Erfgoed juni 2004 Uitgave van de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland PUBLICATIES Boeken en eenmalige uitgaven S.D. Post, Mij zal niets ontbreken. Uit het leven van Pieter Morilyon (Houten 2003), 259 pag. In het familiearchief Steenbakker Morilyon Loijsen in het Zeeuws Archief zijn achttiende-eeuwse dagboeken en schriften te vinden van Pieter Morilyon en zijn vrouw Maria Elisabeth van der Cruijsse uit Middelburg. De Morilyons waren welgesteld, maar bekleedden geen belangrijke maatschappelijke positie. Zij schrijven vooral over hun geestelij ke ervaringen. In de aantekeningen zijn ook biografische gegevens verwerkt en kan informatie gevonden worden over het achttiende-eeuwse Middelburg. De auteur heeft de aantekeningen verwerkt in een lopend verhaal. Robbert Jan Swiers, 'E klassieke lach is niet misplaatst'. Geschiedenis van het christelijk voortgezet onderwijs op Walcheren 1864-2004 (Vlissingen/ Middelburg 2004), 232 pag. De geschiedenis van de Christelijke Scholengemeenschap Walcheren gaat terug tot 1864. In dat jaar werd de zogenaamde 'Bogardstraatschool' in Middelburg opgericht en daar werd, naast lager onderwijs, ook uitgebreid lager onderwijs gegeven aan jongens uit de elite. Tegelijkertijd werd vanuit de diaconie een school opgericht voor minvermogenden, de zogenaamde 'klompenschool'. Deze publicatie gaat verder dan het schrijven van een geschiedenis van de christelijke scholen op Walcheren en besteedt ook aan dacht aan het ontstaan van de scholen, de mensen die bij de oprichting betrok ken waren en de maatschappelijke fac toren. Naast archiefonderzoek heeft de schrijver gebruik gemaakt van oral history. 25 jaar Tennisvereniging Oud- Vossemeer1978-2003 (Oud-Vossemeer 2003), 57 pag. Door de prestaties van Tom Okker en Betty Stöve maakten veel mensen in de jaren zeventig kennis met het tennis. Ook in Oud-Vossemeer waren liefhebbers te vinden en dat leidde tot de oprichting van de Tennisvereniging Oud-Vossemeer (TOV). Schrijver Cees de Leeuw heeft op basis van archief materiaal de geschiedenis kunnen schrijven van de sportclub en blikt onder andere terug op de eerste jaren van de club toen er getennist werd op een met beton verhard peeterrein, terwijl een schaftwagen diende als kleedkamer. Na Tholen, Sint-Maartensdijk en Sint-Annaland kon na enkele jaren ook in Oud-Vossemeer op echte tennisbanen getennist worden. Het jubileumboek is geïllustreerd met foto's en kranten artikelen en verschillende kampioenen passeren de revue. Lidwien Buysrogge, Cor Hamenlink, Sankie Koster-Den Hamer, De Varempépolder. Ter gelegenheid van het eerste lustrum van de Varempé- polderdag, Overslag juni 2003 (Axel 2003), 34 pag. Vanaf 1998 komen alle bewoners van de Varempépolder bij Overslag één keer per jaar bij elkaar onder het motto 'Beter een goede buur dan een verre vriend'. Die speciale dag, gehouden op een erf of in een schuur, noemen zij de polderdag. Na vijf jaar 'polderdag' is een gedenkboekje ontstaan over de geschiedenis van de polder, de boerderijen, de spoorlijn en wegen, flora en fauna en de herinneringen van bewoners en oud-bewoners. Natuurlijk ontbreekt een overzichtje met alle namen van de bewoners anno 2003 niet. A. Krijger, De Walcherse Krijgers, 1578-2003 (Middelburg 2004), 434 pag. Het boekje van dr. A.W.E. Dek uit 1958 over de familie Krijger bleek niet compleet, niet alleen vanwege 50 jaar aanwas maar ook omdat hij de Walcherse Krijgers niet in de genealogie had opgenomen. Reden genoeg voor Adriaan Krijger om in het archief te duiken en navraag te doen bij de familie. Het resultaat is een lijvig boek met genealogieën van twee stamvaders Pieter de Crijghere en Lauwrens Crijger. Vermoedelijk is de familie in de jaren 1550-1560 uit de Zuidelijke Nederlanden naar Walcheren gevlucht. Vanuit de eerste vestigingsplaatsen Biggekerke en Domburg zijn de Krijgers over Zeeland uitgewaaierd. C. van den Bovenkamp, Arnemuiden in vroeger tijden (Klaaswaal 2004), 84 pag. Weinig gebouwen, maar des te meer personen komt de lezer/kijker tegen in dit aan Arnemuiden gewijde boekje in de bekende Deboektant-serie. Op vallend veel van de afgebeelde personen konden worden geïdentificeerd. Centraal Bureau voor Genealogie, Jaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 2003 deel 57 (Den Haag 2003) 307 pag. Het laatste jaarboek van het CBG is vrijwel helemaal gewijd aan het thema 'waterbeheer'. Na een algemene inlei ding over elf eeuwen Nederlands water beheer, reiken twee bijdragen de onder zoeker op dit terrein de helpende hand: (Jan) Blom wijst op de betekenis van de waterschapsarchieven ('ware goud mijnen voor biografisch en genealo gisch onderzoek') en Ten Horn-van Nispen attendeert aan de hand van enkele voorbeelden op de mogelijkhe den voor biografische schetsen van waterstaatkundigen. De overige artike len vormen illustraties van waterstaats- historisch onderzoek vanuit genealo gisch perspectief. Zo beschrijft De Neve de Zeeuwse waterstaatsdynastie Caland; ook levert hij een collectieve biografie van het personeel van Rijkswaterstaat in de periode 1798 1848. Tijdschriften Zeeuws Tijdschrift, jaargang 54, nummer 1/2, 2004, 64 pag. In het eerste nummer staat de Zeeuwse Boekenprijs 2003 centraal. Deze werd op 19 december 2003 uitgereikt aan Annejet van der Zijl voor haar boek Anna. Het leven van Annie M. G. Schmidt. Het juryrapport, enkele lezingen, interviews met de genomineerden en de lijst van 100 best verkochte Zeeuwse boeken zijn in het tijdschrift opgenomen. De prijs voor het best verkochte boek ging naar Kees Slager voor zijn boek Hier was eens Capelle. Reeks ooggetuigen van de 20ste eeuw. Dick Anbeek van boekhandel de Drvkkerij uit Middelburg overhandigde deze prijs en stond in zijn lezing stil bij het belang van het Zeeuwse boek. Oscar Steens spreekt met hem verder over de opzet van de boekhandel in de Zeeuwse hoofdstad. Jaap Sala staat stil bij Johan Hendrik van Dale, een beroemd Sluizenaar, die zijn bekendheid voor een groot deel dankt aan het Groot Woordenboek der Nederlandse Taal. Vlaams auteur Geert van Istendael bespreekt de betekenis van de 'Van Dale'. Karen Kroese blikt samen met Peter Bikker terug op de Zeeuwse Boekenfeesten van 1962 1972. Simon Blaas constateert dat wie in Zeeland mobiel is wel bijna elke week naar een schrijver kan luisteren. In het tijdschrift zijn verder artikelen te lezen over kunstenaar/fotograaf Margriet Smulders, de schilderijen van Huib Rademakers en de vriendschap tussen de Domburgse kunstenares Mies Elout (1875-1956) en Arthur van Schendel. Zeeland, tijdschrift van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Weten schappen, jaargang 13, nummer 1, 2004, pag. 1-44. Het tijdschrift opent met een artikel van Dirk Luyten over De Schelde te Vlissingen in de Tweede Wereldoorlog. Hij heeft het strafdossier 'De Schelde' bestudeerd uit het archief van de 'Bijzondere Rechtspleging', een speciale rechterlijke macht belast met de bestraffing van de collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog. Adrie de Kraker belicht het verdronken dorp Aendijcke, dat tijdens de Middeleeuwen deel uitmaakte van de ambachtsheerlijkheid van Zaamslag. Betty Blikman-Ruiterkamp verhaalt het avontuur van twee Zierikzeese schilderijen in oorlogstijd. Wout Punt zoekt, in de rubriek 'Genootschaps verzamelingen', een antwoord op de vraag hoe het Zeeuws Genootschap in het bezit is gekomen van een Indiaanse bijbel 'Het Oude testament in de Americaansch-Indiaansche of Wiltsche taal'. In de rubriek worden ook enkele aanwinsten in de historisch-topografische atlas Zelandia Illustrata en het ruilverkeer belicht. Bulletin, tijdschrift van de Stichting Oude Zeeuwse Kerken, nr. 52, april 2004, 19 pagina's. In het openingsartikel van A.H. Rietveld wordt aandacht geschonken aan de presentatie van de zestiende- eeuwse doopvont in de Nederlands hervormde kerk van Baarland. Na vele omzwervingen - het is zelfs gebruikt als veedrinkbak op een boerderij - kan vanaf 9 maart 2004 de originele doopvont weer bewonderd worden in Baarland. De andere artikelen in het tijdschrift zijn: 'Koper poetsen in de hervormde kerk te Waarde' van G.J. Lepoeter, 'Van kerk tot gieterij. De Oostkerk te Vlissingen' van I.H. Vogel-Wessels Boer en 'Vermeien in de Meierij', een verslag van de donateurstocht van de Stichting Oude Zeeuwse Kerken naar Oisterwijk en 's-Hertogenbosch van Cees Boogaard. Tenslotte bespreekt M. van Doorn in de rubriek bouwkundige onderwerpen het gebruik van lood als dakbedekking. Archeologische rapportages Bij het Archeologisch Diensten Centrum (Bunschoten) verschenen onder meer de volgende Zeeuwse archeologische rapporten: Borssele Ossenweg/Jurjaneweg (ADC-Rapport 188), Ellewoutsdijk in de Romeinse tijd (nr. 200; zie ook bij de afdeling Archeologie elders in deze Zeeuws Erfgoed), Borssele 't Sloe (nr. 225), Vlissingen, Lammerenburg II (nr. 217) en Middelburg, Berghuijs- kazerne evaluatie (feb. 2004). ArcheoMedia (Nieuwerkerk a/d IJssel) bracht rapporten uit over o.m. Nieuwerkerk (D Heule fase 2), Tholen (Slabbecoornpolder Welgelegen II), Yerseke (Hogeweg en Molendijk), Biezelinge (locaties Donkerewegje en De Klinker), Middelburg (Het Groene Woud 1), Oostkapelle (Molenweg en Villa Magnolia), Veere (Kaai 69) en Koewacht 't Zand 4) SOB Research (Heinenoord) produceerde rapporten over o.a. Zaamslag (herinrichting Plein), Hulst (bouwlocatie Koolstraat 17), Kapellebrug (supermarkt Batista- Koemans), Aardenburg (saneringslocatie Gasfabriek), Oostburg (Plangebied Waterburg), Middelburg (nieuwbouw Justion, riooltracé Kerspelstraat en bouwlocatie Schroeweg), Vlissingen (wijkwinkelcentrum Papegaaienburg en Bestemmingsplan Middengebied)), 's-Gravenpolder (bouwlocatie Langeweg 28) ARC (Groningen) bracht een uitvoerig rapport uit van A. Ufkes e.a.: Een archeologisch onderzoek op het terrein Alhambra'te Vlissingen (Z.) (ARC-Publicaties 85). Heem- en oudheidkundige bladen Schouwen-Duiveland In de uiterlijk vernieuwde Historische Bijdragen en Mededelingen nr. 109, maart 2004, van de Vereniging Stad en Lande van Schouwen-Duiveland, is, naast een uitgebreid huishoudelijk gedeelte, een verslag opgenomen van een onderzoek door A.H.G. Verouden naar de oudste generaties van de familie Quist in Ouwerkerk en heeft A. Romijn-de Raat een gesprek met cul tuurhistorisch gids Nannie Dorst. Verder gaat B. Blikman-Ruiterkamp nader in op het waarom van exclusief wonen in twee Oostenrijkse woningen in Schuddebeurs. De rubriek Uut de pepieren gaat ditmaal over de bekeuring van een hondenbezitter in 1816 en in de rubriek Wie is dat noe? is weer een foto afgedrukt met daarop een of meer personen waarvan de identiteit onbekend is.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2004 | | pagina 29