Achter de schermen MUSEA Zeeuws Erfgoed 26 ARCHEOLOGIEGESCHIEDBEOEFENINGMONUMENTENWACHTMONUMENTENZORG. STREEKTALEN Achter de schermen wordt volop gewerkt aan de inrichting van het Polderhuis Westkapelle. In verschillende Zeeuwse musea wordt momenteel achter de schermen volop gewerkt aan herinrichting en nieuwe presentaties. Om die reden startten wij in de vorige Zeeuws Erfgoed een nieuwe rubriek, 'Achter de schermen', met daarin aandacht voor de werkzaamheden in het Historisch Museum De Bevelanden in Goes (geheel gesloten, verbouwing gaande), het Zeeuws Museum in Middelburg (vaste collectie ontruimd, wel wissel tentoonstellingen, verbouwing in voorbereiding) en het Streekmuseum IJzendijke (nog gewoon opengesteld, herinrichting in voorbereiding). De rubriek sloeg aan en heeft al weer andere musea gemotiveerd u te informeren over het werk dat zich daar achter de schermen afspeelt. In dit nummer aandacht voor twee initiatieven met een combinatie van museum en dorpshuis. Ze duiden niet alleen op de culturele, maar ook de sociaal-culturele betekenis van een museum. Het ene (nieuwe) museum wordt in november geopend; het andere (reeds bestaande) museum werkt nog hard aan de plannen. Polderhuis Westkapelle, Dijk-en Oorlogsmuseum Westkapelle is trots op de eigen geschiedenis en zal deze nog dit jaar presenteren in het nieuwe Polderhuis Westkapelle, Dijk- en Oorlogsmuseum, dat op 1 november 2004 geopend wordt. Museum is misschien niet het goede woord: het wordt een historische ontmoetingsplek waar de bezoeker kennismaakt met de geschiedenis van het dorp. Ook wordt het een plek waar de dorpsgemeenschap regelmatig bij elkaar komt voor zangavonden, vergaderingen, cursussen, e.d. Heden en verleden onder één dak. Cultureel erfgoed en dorpsactiviteiten gaan hier hand in hand. Het voormalige Polderhuis onder aan de dijk is een toplocatie. In een modern industrieel vormgegeven gebouw maakt de bezoeker kennis met Noormannen, heiploegen, dijkbouwers en uiteraard de desastreuze gevolgen van de Tweede Wereldoorlog; de historie achter de Dijk. Voor de tienduizenden toeristen die jaarlijks voorbij komen, is geschiedenis hier meer dan een slechtweervoorziening; het museum zal deel worden van hun vakantie-activiteiten. Ingrid Leeftink-Meijer stelde, samen met de Stichting Polderhuis Westkapelle en de Stichting Atlantikwall Walcheren in verschillende werkgroepen, het inrichtingsplan samen. De laatste ontwikkelingen zijn te volgen via www.polderhuis-westkapelle. com. Oosterschelde Museum in Yerseke Zo'n zes jaar geleden betrok het Museum Yerseke, teza men met de VVV, het voormalige gemeentehuis in Yerseke. Aanvankelijk leek dit monumentale pand uit 1914 de gewenste omlijsting van de museumcollectie. Het gebouw voldoet echter niet voldoende aan de eisen die aan een museum gesteld worden op het gebied van publieks voorzieningen, tentoonstellingsoppervlak en depot. Tevens werd afgelopen jaar het museumthema uitgebreid. Sinds januari 2003 wordt er gewerkt onder de titel 'Oosterschelde Museum, centrum voor Visserij-, Natuur- en Milieueducatie'. Het museumbestuur wil het museum graag huisvesten aan de waterkant van de Oosterschelde. In juli 2004 kwam dit plan in stroomversnelling met het Zeekantplan van de Architecten Alliantie en Arcadis. In dit plan zal de middelste van de drie oesterputten worden getransformeerd tot een modern Oosterscheldeplein met een multifunctioneel gebouw met, naast een innovatie centrum visserij, ook hier een combinatie van het museum met een dorpshuis. De buitenste oesterputten zullen dan historisch behouden, zowel als hedendaags ontwikkeld moeten worden. Het Oosterschelde Museum zal het startpunt gaan vormen van de rondleidingen langs de oesterputten en mossel havens en van de rondvaarten op de Oosterschelde. Het museum rekent hierin op circa 10.000 bezoekers per jaar. Uiteraard zullen zij hun dagje Yerseke kunnen besluiten met het verorberen van een maaltje oesters of mosselen. Via Zeeuws Erfgoed zult u in de komende jaren van de ontwikkelingen op de hoogte worden gehouden. Oesterputten Yerseke.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2004 | | pagina 26