Kansen voor gemeenten, kansen voor kerken
Netwerkdag steunpunt in kader van religieus erfgoed
MONUMENTENZORG
T3
_ra
i.Tk LfJ
ARCHEOLOGIEERFGOEDEDUCATIEGESCHIEDBEOEFENINGMONUMENTENWACHT
MUSEASTREEKTALEN
Historische kerken
u-J in Zeeland
Het onderzoeksrapport van
de pilot Historische Kerken
in Zeeland
(Provincie Zeeland, 2005)
brengt problemen in kaart
t.a.v. de instandhouding van
historische Zeeuwse kerken
en geeft aanbevelingen voor
beleid. Meer informatie over
het rapport is te vinden op
n monumentenzorg
op www.scez.nl
Anita Blom vertelt over het
belang van Wederopbouw.
Op 18 mei waren vertegenwoordigers van de
Zeeuwse gemeenten en diverse religieuze actoren
bijeen in de Westerkerk te Goes om te spreken over
de bijzondere problematiek van instandhouding van
kerkgebouwen. De netwerkdag was een eerste
concreet resultaat van het onderzoek naar
historische kerken in Zeeland, dat verleden jaar
is uitgevoerd door de SCEZ, in opdracht van
de Provincie Zeeland. In Zeeuws Erfgoed van
december 2005 is uitgebreid ingegaan op de
uitkomsten van dit onderzoek. Op de netwerkdag
werd vooral gekeken naar hoe het nu verder moet
en wat er met de aanbevelingen uit het onderzoek
gedaan kan worden.
Dagvoorzitter Gerrit Schoenmaker geeft aan dat het doel
van deze dag het uitwisselen van informatie en het maken
van afspraken is. In een korte historische schets maakt hij
duidelijk hoe vroeger het samenvallen van Staat en Kerk
voor een sterk opdrachtgeverschap zorgde: soevereine
steden bouwden kerken uit de opbrengsten van accijns
verhoging op bier en wijn! Na de Franse Revolutie wordt
de scheiding tussen Kerk en Staat ingevoerd en komt de
financiering in handen van de kerk. Bij de teloorgang van
kerkgebouwen spelen veel sentimenten mee en hij haalt
in dit verband de historicus Simon Schama aan. Ondanks
de geschonden aarde, blijft de herinnering hangen, als een
mythisch idee, als een stille kracht die besluiten van
mensen beïnvloedt. Een kerkgebouw is een plek van
herinnering (doop, huwelijk, uitvaart) en die moet niet
zomaar worden afgebroken. Aan de aanwezigen de taak
een strategie te ontwikkelen om de kerken te behouden
als materialisering van de herinnering.
Als eerste spreker geeft David Koren, coördinator van het
Steunpunt Monumentenzorg, een uiteenzetting van de
belangrijkste conclusies uit het onderzoek. Hij behandelt
drie problemen rond de instandhouding van de Zeeuwse
kerken: de ontkerkelijking, de vitaliteit van het draagvlak
en de onderhoudstechnische staat van de kerken (zie ook
Zeeuws Erfgoed van december 2005). Hij besluit zijn
betoog met de constatering dat kerk en overheid een
gedeelde verantwoordelijkheid hebben waar het gaat om
het behoud van kerkgebouwen. Sloop van kerken geeft
emotionele schade en is kapitaalvernietiging. Extra
aandacht is nodig voor de wederopbouwkerken en voor
het behoud van de leefbaarheid van dorpen. Hergebruik
of herbestemming moet het uitgangspunt zijn. De kerk
is immers het hart van de stad of het dorp.
Wederopbouwkerken
Wederopbouw was specifiek het thema van de tweede
bijdrage. Onder de titel 'God in een betonnen blokken
doos: de waarde van wederopbouwkerken' gaat Anita
Blom van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg in
op het 'Project Wederopbouw'. De doelstelling van dit
project is het bevorderen van kennis over en de
waardering voor de bouwkunst en de stads- en dorps-
en landschapsstructuren van de wederopbouwperiode
(1940-1965), en het bevorderen van een blijvende
integratie van waardevolle cultuurhistorische elementen
en structuren in het veranderend leefmilieu. Deze doel
stellingen kunnen alleen in alliantie met andere partijen
behaald worden. Binnen het project zijn diverse typen
gebouwen onderzocht, waaronder de wederopbouwkerken
uit Brabant. De objecten die geïnventariseerd zijn, zijn
opgenomen in een databank die via internet geraadpleegd
kan worden (www.monumentenzorg.nl). In deze databank
zijn ook de gegevens van vijf Zeeuwse kerken opgenomen,
terwijl er meer dan vijftig gebouwd zijn in de betreffende
periode! Het is dan ook de bedoeling dat in de toekomst
ook de Zeeuwse kerken geïnventariseerd zullen worden.
Vormgeving en inrichting van kerken die gebouwd zijn in
deze periode wijken vaak in diverse opzichten af van die
van kerken die in voorgaande perioden zijn gebouwd.
Na de Tweede Wereldoorlog vinden immers nieuwe
ideeën ingang m.b.t. het gebruik van materialen en de
inrichting van de kerk. Uiteindelijk zal een dergelijke
inventarisatie gebruikt worden bij het ontwikkelen van
nieuw beleid voor aanwijzing en selectie van
monumenten. Dit is dringend noodzakelijk, want de
nood voor deze categorie onbeschermde gebouwen is
hoog. Daarbij is herbestemming vaak lastig, omdat het
moeilijk is een passende functie en een economische
drager te vinden. Verkoop en sloop van een kerkgebouw
levert vaak financieel meer op. Anita Blom vraagt dan
ook aandacht voor de cultuurhistorische waarde van
het religieus erfgoed. Kerken zijn de expressie van een
gemeenschap op een bepaald moment in de tijd en het
is van belang dat alle betrokkenen zich uitspreken over
behoud of sloop of over herbestemming. "Slopen kan
maar één keer!"
Breda als voorbeeld?
In de gemeente Breda voert men een actief beleid wat
het behoud van kerken betreft. Hier heeft men geleerd
van de sloop van reeds twaalf kerken in de historische
binnenstad. Deze sloop heeft grote publieke en politieke
beroering teweeggebracht en het klimaat geschapen
waarin de gemeente nauwkeurig is gaan sturen op het nog
resterende religieuze erfgoed. Er is gezocht naar een
middel om de situatie in beeld te brengen en om te
gebruiken bij de keuze tussen behoud, herbestemming of
sloop. Dat middel is het 'Kerkenboek'.
Beleidsmedewerker Marc Berends vertelt dat het kerken
boek een overzicht geeft van alle, in de gemeente Breda
nog aanwezige
kerken, de status (wel of geen beschermd monument),
de cultuurhistorische waarde (wel of niet behouden),
de termijn waarbinnen men verwacht dat de kerk aan
de eredienst zal worden ontrokken en vervolgens de
mogelijke vorm van herbestemming. De gemeente houdt
in haar beleid dus al rekening met het mogelijk vrijkomen
van bepaalde kerken. Zo kunnen bepaalde ontwikkelingen
of gemeentelijke voorzieningen dus gekoppeld worden
aan een kerk waar te zijner tijd toch een passende
herbestemming voor gevonden zou moeten worden.
Zeeuws Erfgoed 16 september 2006/03