Onderzoek en meldingen ARCHEOLOGIE: Vondstmeldingen en archeologisch spreekuur ERFGOEDEDUCATIEGESCHIEDBEOEFENINGMONUMENTENWACHTMONUMENTENZORGMUSEASTREEKTALEN Schaar van Colijnsplaat, Nehalenniatempel: bewerkte dakpan, mogelijk van het dak van de tempel (foto U. Sterkendries). Zuid-Beveland Waarnemingen Joachimikade, Goes Op 21 september verrichtte de SCEZ archeologische waarnemingen op een braakliggend perceel langs de A. Joachimikade te Goes, waar de Walcherse Bouwunie (WBU) appartementen bouwt. De heer C. van Boven van de WBU had melding gemaakt van een fundering en een gemetseld gewelf in het perceel. De grond naast de aangetroffen fundering is eerder door de WBU tot een diepte van 3 meter uitgegraven, waarna het bovenste stuk van het muurwerk is gesloopt en het gat weer is dicht gegooid. De fundering bevindt zich dus nog grotendeels in de bodem. Tot welke constructie het muurwerk heeft behoord is nog niet bekend. Het gemetseld gewelf bleek van een waterkelder te zijn, die nog vol stond met water. Een verdere ontgraving van het terrein wees uit dat de waterkelder groter was dan aanvankelijk gedacht. Het gewelf van de kelder is schoongemaakt en gedocumen teerd. De kelder bleek 7,25 meter lang en circa 3 meter breed te zijn. Vanaf de top van het gewelf tot de bodem was de kelder 2,80 meter diep. Er stond nog 2 meter water in. Mogelijk gaat het om een waterkelder van het spuithuis (brandweer) uit de achttiende/negentiende eeuw. Getracht wordt om de kelder te behouden, omdat slechts één boorpaal met een doorsnede van 50 centimeter door de kelder geboord hoeft te worden. De WBU wil daarin meegaan, maar het was vanwege de geringe diepte van de kelder ten opzichte van het maaiveld nog niet duidelijk of behoud geheel of gedeeltelijk te verwezenlijken is. De waterkelder aan de Joachimikade in Goes, gezien naar het westen. Noord-Beveland Nieuwe 'berichtenvan Nehalennia' Duikonderzoek Schaar van Colijnsplaat, Oosterschelde Sinds 1999 brengen Vlaamse amateur-archeologen van de Landelijke Werkgroep Archeologie Onder Water (LWAOW) van de Archeologische Werkgemeenschap Nederland (AWN) de zeebodem op de locatie waar ooit een tempel van de geromaniseerde inheemse godin Nehalennia in de golven verdween, systematisch in kaart. Het onderzoek wordt uitgevoerd onder auspiciën van de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten (RACM, voorheen afdeling ROB/NISA en RDMZ) en de SCEZ. Onder leiding van de heer U. Sterkendries, sinds dit jaar coördinator van de LWAOW- afdeling Zeeland, zijn het afgelopen duikseizoen meer dan 70 duiken gemaakt en zijn weer interessante ontdekkingen gedaan. De vondst van een grote houten balk die nog stevig verankerd was, geeft aan dat delen van de tempel-locatie en bijbehorende nederzetting intact naar de bodem van de Oosterschelde zijn afgegleden. Enkele losse vondsten werden van de bodem geborgen, onder andere een fragment van de rechterbovenhoek van een wijaltaar, met op de bovenzijde, naast de hoekvoluut, gebeeldhouwde vruchten (zie foto). De voorzijde van het altaar is helaas sterk afgesleten. Heel bijzonder is de vondst van een dakpan, die in een hoek van 45 graden is afgezaagd (foto). Op deze wijze bewerkte pannen zijn vooral gebruikt op gebouwen met een schilddak. Dit type dak is gebruikt als bedekking van de porticus (zuilengalerij) die rondom de kern van een Gallo- Romeinse tempel, de cella, liep. Het is aannemelijk dat de tempel bij Colijnsplaat van een dergelijk type is geweest. Misschien heeft deze dakpan wel echt op het dak van de porticus van de Nehalenniatempel gelegen. Schaar van Colijnsplaat, Nehalenniatempel: rechterbovenhoek van een wijaltaar. Op de bovenzijde zijn nog een tweetal gebeeldhouwde vruchten te zien (foto U. Sterkendries). Zeeuws Erfgoed 5 Melding van archeologische vondsten dient te geschieden bij de SCEZ. Het materiaal wordt wanneer nodig geregistreerd en gedocumenteerd, maar blijft altijd in het bezit van de melder, tenzij deze het zelf wil afstaan. Uw melding van vondst(en) of waarneming(en) kan ook schriftelijk of telefonisch geschieden bij de SCEZ, postbus 49, 4330 AA Middelburg, telefoon 0118-670870, e-mail j-jongepier@scez.nl Daarnaast houdt de SCEZ op elke eerste dinsdagmiddag van de maand een archeologisch spreekuur. U kunt het spreekuur in gebouw De Burg, Groenmarkt 13 te Middelburg bezoeken om voorwerpen te laten determineren (geldswaarde wordt niet getaxeerd), vondstmeldin gen te doen, of allerlei vragen op het gebied van de Zeeuwse archeologie voor te leggen. De eerstvolgende archeologische spreekuren vinden plaats op de dinsdagmiddagen 9 januari, 6 februari en 6 maart 2007, van 15.30 tot 16.30 uur. Dank voor uw medewerking!

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2006 | | pagina 5