De Canon! (spree
[J -
o £3 6
M O ffl -
S a b
8 8 a
D örü ft -
S3
O
S3
S3
p
0 £3 0?
"GO
snt oen.n
FOKKE X SUKKÉ
Krijgt u bij het woord 'canon' ook direct de associatie
met 'de (geschiedenis-)Canon van Nederland'? Het kan
best zijn dat u andere canons kent, zoals de 'Sportcanon',
de 'Canon van de bouw', of de 'Canon van de Bijbel'.
Inmiddels bestaan er canons op diverse terreinen!
Dé Canon, waarmee de canon van de Nederlandse
geschiedenis wordt bedoeld, heeft veel navolging
gekregen. Bijna elke stad of regio werkt nu aan de eigen
canon. En er zullen nog vele canons volgen. De Canon
van Nederland werd opgesteld door de commissie-Van
Oostrom en werd op 16 oktober 2006 door de commissie
aan (de toenmalige) minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap, Maria van der Hoeven, aangeboden.
Landelijke Canon
Wat is de bedoeling van de Canon?
De Canon is een lijst van vijftig onderwerpen, die
chronologisch een overzicht geven van de geschiedenis
van Nederland. Er wordt een beeld geschetst van hoe
Nederland zich heeft ontwikkeld tot het land waarin
we nu leven. Elk venster biedt een verhalende inleiding
en een aantal vertakkingen met mogelijkheden voor
verdieping en verbreding van de thema's. De onderwerpen
zijn gevarieerd. Vaak is het uitgangspunt een persoon
(Willem van Oranje, Napoleon, Anne Frank), dat wat
mensenhanden hebben gemaakt (hunebedden, de eerste
spoorlijn, De Stijl) of een economische of politieke
ontwikkeling (VOC, patriotten, Europa). De commissie
gaat ervan uit dat de thema's van de Canon in de toe
komst met een zekere regelmaat vernieuwd zullen worden.
Deze vijftig thema's zijn vastgesteld aan de hand van
veertien hoofdlijnen en zouden niet mogen ontbreken
in de geschiedenisles op een Nederlandse school. Het
ministerie van OCW bevordert dat de Canon in het
onderwijs gebruikt gaat worden. Dat gebeurt vooral door
de kerndoelen voor het basisonderwijs en de onderbouw
van het voortgezet onderwijs aan te passen. Daartoe wordt
nu een wetswijziging voorbereid, zodat in het schooljaar
2009/2010 de Canon is verankerd in de kerndoelen. Er is
dus anderhalf jaar de tijd om het lesmateriaal en het aan
bod van de culturele instellingen aan te passen.
Hoe werkt het?
Via de website entoen.nu wordt de lijst met vensters
(iconen) zichtbaar, bijvoorbeeld het Venster 'De waters
nood'. Het geopende venster geeft in het kort historische
feiten over De Ramp. Daarnaast kunnen diverse foto's en
filmpjes worden bekeken.
Via Vertakkingen klapt het canonvenster als het ware
open, om zicht te bieden op uitbreidingsmogelijkheden
voor het onderwijs. Eerst komen suggesties voor verwante
onderwerpen voor het basis- en voortgezet onderwijs,
zoals: 'De Elisabethsvloed', 'Gevolgen van de betere
verbinding met Zeeland voor de bewoners van het
gebied', en ('oral history') verhalen over De Ramp.
De subcategorie Heden en verleden bevat suggesties voor
vergelijkingen tussen verleden en heden: 'Gaat milieu
voor veiligheid en economische belangen?'
Bij Verwijzingen kunnen betreffende regionale erfgoed
instellingen worden genoemd; het Watersnoodmuseum
en Waterland Neeltje Jans staan hier bij. Of literatuur
over het onderwerp, zoals De Ramp van Kees Slager.
rt>
JPELOr n-iMXr 'V-.ttjR. -fFaeN *=m hu/tüii
IE-?,'
Zeeuws Erfgoed 21 maart 2008/01 ERFGOEDEDUCATIE