Een arend of adelaar uit Middelburg SSSSSBvoor het voetlicht Fraaie plaquette eerste helft zeventiende eeuw mi' Zeeuws Erfgoed 26 maart .2008/01 ARCHEOLOGIE Middelburgse plaquette met afbeelding van een dubbelkoppige adelaar (inv.nr. 1913-2.) door Henk Hendrikse De laatste maanden van 2007 is het Provinciaal Archeologisch Depot van de SCEZ begonnen met de registratie van de vondsten, opgegraven in de bouwput van de Berghuijskazerne in Middelburg. Op de plaats van deze opgraving uit 2003 rest nog altijd, op het eind van de Korte Noordstraat, een enorm gat gevuld met water. De opgraving, uitgevoerd door ADC ArcheoProjecten, heeft meer dan honderdvijftig grote dozen gevuld met aardewerk opgeleverd. De vondstgroepen metaal en organisch materiaal omvatten een tiental dozen. Van het onderzoek is inmiddels ook het bijbehorende rapport verschenen, een lijvig werk van vierhonderd pagina's met het complete verslag en foto's en tekeningen van vondsten. Het merendeel van de vondsten - ongeveer 98% - bestaat uit aardewerkscherven die al dan niet zijn herleid tot complete voorwerpen. De fraaiste voorwerpen zijn afgebeeld in de catalogus. Soms tref je echter nog iets aan wat door de onderzoekers niet voor de rapportage is meegenomen omdat het niet is opgemerkt of onbelangrijk werd gevonden. De afbeelding bij deze aflevering van 'Vondst voor het voetlicht' toont zo'n voorwerp dat misschien over het hoofd werd gezien, want het was zelfs niet schoongemaakt. Het gaat om een fragment van een plaquette van een lichtrood baksel, ongeglazuurd, met de afbeelding van een adelaar. Stadszegel =-■ f De afbeelding van een adelaar - zo wordt de gestileerde afbeelding van een arend heraldisch genoemd - heeft voor Middelburg extra betekenis. Vanaf 1322, maar mogelijk al in 1299, laat het stadszegel van Middelburg een adelaar zien die een burcht toont. De adelaar was vanaf ongeveer het jaar 1000 het symbool van de Duitse keizers. Na 1417 werd de keizerlijke adelaar gewoonlijk tweekoppig afge beeld. Ook op het hier getoonde fragment is nog net de aanzet van de tweede kop te zien. Leuk detail is dat de tong oorspronkelijk rood gekleurd was en van die kleur is nog een fractie overgebleven. De oorspronkelijke diameter was 7 centimeter. Middelburg hield lange tijd een arend in het zogenaamde Arendhuisje, dat was geplaatst vóór het stadhuis. De vogels kregen op stadskosten te eten maar werden ook wel gebruikt om het vlees te keuren. De Vleeshal bevond zich immers naast het stadhuis. Het Arendshuisje is afgebroken in 1858. De laatste arend werd opgezet en bevindt zich in het Zeeuws Museum te Middelburg. De plaquette uit de bouwput van de voormalige Berghuijskazerne is misschien gebruikt ter opluistering van een feestkoek. Dergelijke reliëfs noemde men ook wel patacons, naar de toen voorkomende zilveren rijksdaalders. Gezien het vondstcomplex dateert het voorwerp uit de eerste helft van de zeventiende eeuw.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2008 | | pagina 26