Kleppenmechanisme voor de toe- en afvoer van stoom. (foto's Jos Bleijenbergh) aanzienlijk minder ruimte in. De stoommachines kwamen aldus stil te staan. Uiteindelijk is één hiervan tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Duitsland afgevoerd en wat later is een andere gesloopt. De Franse erfenis bestaat nog uit één complete elektrostoomgenerator. Behoud van generator Het was de Werkgroep Industrieel Erfgoed Zeeland, de WIEZ, die terstond bij het sluiten van de Cokesfabriek in 1999 aan de slag is gegaan om de stoominstallatie te inspecteren om tot behoud van dit schitterende monu ment te komen. Deze inspectie overtrof de verwachtingen: de machine had een fraai - en voor Nederland exclusief - marmeren bedieningspaneel met Jugendstil smeedwerk motieven in de balustrade. Er volgde een avontuurlijke tijd. Verkenningen moesten worden verricht om te zien hoe de interesses lagen bij hen die het behoud van monumentale installaties nastreven: de overheden. De Provincie Zeeland was vrijwel meteen voorstander van het initiatief tot behoud van de installatie. Dit kreeg vorm in het beleid van enkele opeenvolgende gedeputeerden, die meerdere malen subsidies verleenden voor het onderzoek en de projectbegeleiding. Wel was er een financieringsprobleem. En er was een industrieel museum in Sas van Gent. Het toenmalige gemeentebestuur van Sas van Gent zag desgevraagd geen mogelijkheden tot verdere financiering. Meerdere instanties werden benaderd en er werd veel gesproken. De werkgroep ging op bezoek bij de voormalige Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Het eiste wel geduld, maar eenmaal bekend met de installatie, kwam het enthousiasme daar los. Stimulerende en voor zichtige financiële adviezen volgden. Ook van het Stoommachinemuseum te Medemblik, dat de machine graag had willen hebben (de machine was en is eigendom van de Vrienden van het Miat Museum in Gent). De WIEZ heeft nog plannen gemaakt om de verhuizing naar Medemblik mogelijk te maken om de machine veilig op Nederlandse bodem te houden, maar in het museum was geen plaats en ook ontbraken de financiële middelen. Door gewijzigd beleid bij de overheid, moest de Rijksdienst voor de Monumentenzorg de reeds toegezegde steun intrekken. Een enorme tegenvaller! Samenwerking met heemkundige kring In Sas van Gent was er toen al enkele jaren een Industriemuseum. Het museum is ontstaan na het desastreuze verlies van de twee suikerfabrieken en de meelproductenfabriek 'de Walzenmolen' in twee jaar tijd. Te krap behuisd als het museum was, werd door de beheerder, de Heemkundige Kring Sas van Gent, gezocht naar een grotere huisvesting. Contact met de WIEZ leidde tot overleg en gezamenlijk optreden. Inmiddels is er een prettige samenwerking tussen de beide partijen. De gemeente Terneuzen stelde hierop een studiecommissie in, waarin zowel de werkgroep als de heemkundige kring enkele zetels bezetten. De commissie had de taak de haalbaarheid van een nieuw industriemuseum voor de kanaalzone te onderzoeken en advies uit te brengen over een museumontwerp. Over dit laatste kon de commissie niet positief adviseren. De kosten die het ontwerp tot gevolg had, waren niet in een redelijke exploitatie in te passen. Naar verluidt, zullen de suikerloodsen in Sas van Gent een belangrijke rol gaan spelen in de realisatie van het nieuwe industriemuseum voor de kanaalzone. Als de gemeente raad van Terneuzen een daartoe strekkend besluit neemt, worden de deuren geopend voor het tentoonstellen van de elektrostoomgenerator in de suikerloodsen. Zeeuws Erfgoed 8 juni 2008/02 MONUMENTENZORG

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2008 | | pagina 8