4
Walcheren
Vondstmeldingen
en archeologisch
spreekuur
concentraties gedocumenteerd, met soms houtskool en as.
De sporen in het vlak bevonden zich op circa 1 meter
beneden maaiveld. Eén spoor was min of meer recht
hoekig met afmetingen van minimaal 5,5 bij 3,4 meter:
mogelijk het restant van een gebouwtje, of restanten van
baksteenovens. Het formaat van de voornamelijk rode,
maar ook gele bakstenen bedroeg 29 x 14 x 7 en x 13 x
6,5 centimeter. Enkele stukken waren groen verglaasd.
Datering gezien het baksteenformaat veertiende/vijftiende
's-Heer Elsdorp ouder dan aangenomen
Elders in Mannee kwamen bij graafwerk voor een
watervoorziening en een ontsluitingsweg (Stelleweg/Hoge
Meet) sporen aan het licht van het verdwenen gehucht
's-Heer Elsdorp. De vermelding daarvan gaat onder
verschillende benamingen (Sirhelsdorp, Sinte Relfdorp,
's-Heer Roelofsdorp, 's-Heer Reilofsdorp, Sgrasdurp) in
historische bronnen terug tot 1567. De aangetroffen
sporen zijn greppels, afvalkuilen, verkleuringen en een
enkele fundering in de zandige ondergrond. Al vanaf
de twaalfde/dertiende eeuw was hier bewoning, getuige
Pingsdorf- en Paffrathaardewerk in de kuilen uit deze
periode. De resten zijn gelegen op een kreekrug, in deze
periode een hoger gelegen deel in het landschap. Ook zijn
resten van een zeventiende-eeuwse waterkelder met
gewelven en daarbij een woonplek uit de vijftiende/zes
tiende eeuw teruggevonden. In 1992 is ten noorden van
deze locatie een grote hoeveelheid aardewerk aangetroffen,
die ook wees op middeleeuwse bewoning. Direct ten
zuiden van de nu aangetroffen sporen ligt een hollebollig
weiland dat eveneens omschreven is als resten van
's-Heer Elsdorp. Hier liggen de zool van een vliedberg en
resten van de Sint-Margarethakapel. Ongeveer 500 meter
ten noordoosten van deze vindplaats zijn ook funderingen
aangetroffen en door de SCEZ gedocumenteerd.
Het voormalige 's-Heer Elsdorp, nabij Oranjeweg/Ringbaan
Oost in Goes-Mannee (foto SOB Research).
Resten van een zeventiende-eeuwse waterkelder in
Goes-Mannee (foto SOB Research).
Funderingsresten Hof Meliskerke, Kaasboerweg
Op 21 en 22 oktober 2008 onderzocht de SCEZ na een
vondstmelding van de heer J. Ovaa een bakstenen
fundering langs de Kaasboerweg bij Meliskerke. De
funderingsresten behoorden tot het verdwenen kasteeltje
Hof Meliskerke. Het onderzoek gebeurde tijdens het
graven van een cunet voor een nieuw fietspad. De
fundering bestond nog uit diverse steenlagen en was circa
11 meter zichtbaar lang en 75 centimeter breed; baksteen
formaat 26 x 13 x 6 centimeter. Er waren voornamelijk
rode, maar ook gele bakstenen gebruikt. Aan de zuidzijde
van de fundering bevond zich in westelijke richting een
kort zijstuk (hoek) van circa 2 meter lang, nog minimaal
32 centimeter bewaard. In het midden van de fundering
lagen eveneens in westelijke richting twee kleine
zijstukken van 0,5 meter lang, met een tussenruimte van
1,2 meter. Alle zijstukjes zijn funderingsrestanten die bij
de aanleg van een sloot langs de weg gespaard zijn.
Het noordelijke stuk van de fundering was aan de binnen
zijde bekleed met dakpanfragmenten. Volgens een oudere
bewoner had dit deel een groot gewelf (waarschijnlijk een
kelder) dat in de jaren vijftig is gesloopt. Bij het uitgraven
van het cunet aan de zuidzijde van de fundering was op
6 meter van genoemde hoek een stuk van de gracht zicht
baar, aan de bovenzijde circa 7 meter breed. Bij de aanleg
van de Kaasboerweg en de sloot in de jaren vijftig van de
vorige eeuw zijn de meeste resten van het Hof Meliskerke
opgeruimd. De baksteenkenmerken suggereren een
datering in de late middeleeuwen (vijftiende eeuw), maar
mogelijk is het materiaal nadien hergebruikt; in dat geval
kan er een laatmiddeleeuwse voorganger zijn geweest.
Bakstenen fundering van het laatmiddeleeuwse
kasteeltje Hof Meliskerke.
Romeinse zoutcontainers Middelburg-Mortiere
Middelburg-Mortiere: bijna complete rand van
een Romeinse zoutcontainer (foto J. Visser).
Aansluitend op de in Zeeuws Erfgoed 2008-nr.4 gemelde
vondsten van een mogelijke Romeinse zoutproductie-
locatie in Middelburg-Mortiere verzamelde amateur-
archeoloog Johan Visser uit Middelburg nog vele scherven
Melding van archeologi
sche vondsten dient te
geschieden bij de SCEZ.
Het materiaal wordt wan
neer nodig geregistreerd
en gedocumenteerd, maar
blijft altijd in het bezit
van de melder, tenzij deze
het zelf wil afstaan. Uw
melding van vondst(en)
of waarneming(en) kan
ook schriftelijk of telefo
nisch geschieden bij:
SCEZ
Postbus 49
4330 AA
Middelburg
T 0118-670870
E j.jongepier@scez.nl
Daarnaast houdt de SCEZ
op elke eerste dinsdag
middag van de maand een
archeologisch spreekuur.
U kunt het spreekuur in
gebouw
De Burg
Groenmarkt 13
te Middelburg
bezoeken om voorwerpen
te laten determineren
(geldswaarde wordt niet
getaxeerd), vondstmeldin
gen te doen, of allerlei
vragen op het gebied van
de Zeeuwse archeologie
voor te leggen.
De eerstvolgende
archeologische spreek
uren vinden plaats op
de dinsdagmiddagen
7 april en 2 juni
(dinsdag 5 mei vervalt)
van 15.30 tot 16.30 u.
Dank voor
uw medewerking!
Zeeuws Erfgoed 25 maart 2009/01 ARCHEOLOGIE