Een Middelburgse bedelaarspenning voor het voetlicht 'Jan Crisisin de zestiende eeuw Het woord dat in 2009 het vaakst klinkt, is crisis. Economische tegenslag is van alle tijden. Een 'bewijs' hiervan kwam te voorschijn bij de voorbereiding van de verhuizing naar het nieuwe archeologisch depot. In een vondstendoos bevond zich tussen andere metalen voorwerpen een doosje met een bijzonder object. Het gaat om een eenzijdig geslagen koperen plaatje, rond geknipt met een driehoekje met gat aan de bovenzijde dat fungeert als draagoog. Het plaatje is zeer dun, qua dikte te vergelijken met de aluminium dop van een melkfles. Dit dunne materiaal heet latoenkoper. Het plaatje is in 1993 gevonden bij het bouwrijp maken van het terrein aan de Kousteensedijk in Middelburg voor nieuwbouw van de recht bank. Centraal op het plaatje is de burcht van Middelburg afgeslagen, geflankeerd door het jaartal 1531. Het rand schrift luidt: SALICH ZIN. SI. DIE. EHEESTELIJK ARM. SIN:MIDDELBURCH. (diameter 4,8 centimeter). Dit is een verwijzing naar Mattheus 5:3: "Zalig zijn de armen van geest, want hunner is het Koninkrijk der hemelen." De woorden 'geestelijk arm' moeten hier vertaald worden als eenvoudigen van geest, simpele zielen. De term arm is de vertaling van het Griekse ptochosarmlastig, bezitloos, bedelaar. Dat laatste duidt ook op de functie van de penning, het is namelijk een Middelburgse bedelaarspenning. Bedelaars-penning van Middelburg 1531, vindplaats Kousteensedijk, Middelburg, 1993. Materiaal: latoenkoper. Collectie SCEZ, inv.nr. 1364-227. Dergelijke penningen worden ook genoemd in de stadsrekening van Middelburg uit 1531. Hierin is sprake van zeshonderd "teyken van latoen" (tekens van latoenkoper) "die de armen dragen". Deze 'tekens' had de stad laten vervaardigen voor personen die van overheidswege mochten bedelen. Het teken op hoed of jas genaaid maakte iedereen duidelijk dat de drager een 'echte' bedelaar was. Vóór 1993 waren deze penningen alleen uit de literatuur bekend. In de bouw put aan de Kousteensdijk zijn drie van deze tekens door particuliere metaaldetectorzoekers gevonden! Ze blijken zo fragiel dat ze alleen onder uitzonderlijke omstandigheden bewaard blijven. Zoals totale afsluiting van zuurstof, meestal in een grachtvulling onder de grondwaterspiegel. Gelukkig was een van de vinders zo vriendelijk om zijn vondst op verzoek van ondergetekende af te staan voor de provinciale collectie. Na zestien jaar in een doosje is het hoog tijd om dit object te publiceren. Zoals gezegd moest het armenteken door diegene die toestemming had om te bedelen in Middelburg, we noemen deze persoon gemakshalve Jan Crisis, zichtbaar worden gedragen. Ook de andere gevonden armentekens moesten worden gedragen. Een van de andere exemplaren is vierkant geknipt met vier gaatjes op de hoeken, duidelijk bedoeld om opgenaaid te worden op de kleding. Armenpenningen Ook bij de armenbedeling zijn penningen gebruikt. In tegenstelling tot de bedelaarspenning van 'Jan Crisis' zijn deze vrijwel altijd van lood. Een aantal van deze penningen is door Marie de Man1] afgebeeld en behandeld. Zij noemt onder andere brood-, turf- en smoutpenningen, gasthuis- en leprozen- penningen. Deze armenzorg is enigszins te vergelijken met de hedendaagse voedselbank. Hoewel De Man alleen loden penningen van na 1600 noemt, gaan ze hoogstwaar schijnlijk terug op oudere exemplaren die nog onbekend zijn. De overheid deed nauwelijks aan armenzorg, middelen werden verschaft door voornamelijk kerkelijke organisaties. Ze waren beter controleerbaar, de ontvanger kon er niet op een verkeerde manier mee omgaan. Wat dat betreft leven we duidelijk in een ander tijdperk en is het te hopen dat de overheid niet dezelfde methoden als in de zestiende eeuw gebruikt om 'Jan Crisis' er weer bovenop te helpen. Henk Hendrikse, depotbeheerder 1] Marie de Man was van 1881 tot 1933 conservatrice van het Munt- en Penningkabinet van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Zij publiceerde vele tientallen artikelen op het gebied van de numismatiek. Literatuur - H. Hendrikse, 1994, in: R.M.van Heeringen, J.J.B. Kuipers (red.), Geld uit de belt, archeologisch onderzoek in de bouwput van de gemeentelijke parkeerkelder en het belastingkantoor aan de Kousteensedijk in Middelburg, Vlissingen. - H.M. Kesteloo, 1881-1902: De stadsrekeningen van Middelburg, 1365-1810, Archief Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1881-1902. - M.G.A. de Man, 1980: Keuze uit de numismatische geschriften van Marie G.A. de Man, Middelburg. Zeeuws Erfgoed 18 juni 2009/02 ALGEMEEN

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2009 | | pagina 18