Monument voor de Verdronken Dorpen in Zeeland
Lydia Schouten: 'Heden en verleden
verbinden'
Toen in 2001 de roep om een Monument voor de Verdronken Dorpen
in Zeeland klonk en de Provincie Zeeland aan de SCEZ vroeg om dit
monument op te richten, kon niet worden voorzien dat het nog tot
2009 zou duren eer dit monument geplaatst kon worden.
Het onderzoeken van de geschiedenis van de verdronken dorpen, het uit
werken van de opdracht, het vinden van de juiste ontwerper, het vinden
van de juiste locatie en tot slot het wachten op het moment dat het
monument geplaatst kon worden, droegen alle aan deze lange periode bij.
Maar op 13 oktober is het zo ver. Dan wordt het monument, ontworpen
door Lydia Schouten, aan Zeeland getoond. Met theater, poëzie en muziek
vinden deze dag verschillende programma's bij het monument plaats om
nader kennis te maken met de verdronken geschiedenis van Zeeland.
De dag erna, op 14 oktober, vindt er een werkconferentie bij het
monument plaats waarin een aantal deskundigen spreekt over hoe we
in de nabije toekomst met de verdronken dorpen van Zeeland om zullen
moeten gaan. En weer een dag later, op 15 oktober, komen schoolgroepen
uit Noord-Beveland bij het monument langs om aan de hand van theater
en het bekijken van archeologische voorwerpen kennis te maken met
de geschiedenis van verdronken dorpen op Noord-Beveland.
Het monument is vanaf 13 oktober voor iedereen vrij toegankelijk.
Kunstenares Lydia Schouten heeft iets met water. Twee Zeeuwse
opdrachten in recente jaren hebben die binding nog versterkt:
het Monument voor de Verdronken Dorpen in Colijnsplaat (2009)
en de 'aankleding' van het Zeeuws Archief in Middelburg (2000).
Lydia Schouten is als kunstenaar mondiaal actief, haar oeuvre is
omvangrijk en veelzijdig. Het omvat interactieve/multimediale installaties,
foto- en videografie, grafiek, performances.
Schouten: "In mijn recente werk zie ik mezelf als machinist die een
horizontale structuur bedenkt, vergelijkbaar met de montage van een
video, welke hij voortbeweegt door de tijd." Aan die horizontale
structuur voegt ze 'heterogene of allegorische elementen' toe, waardoor
een opeenstapeling van beelden ontstaat 'die met elkaar resoneren op
de tijdslijn'.
Lydia Schouten reikt in verschillende diepten van de geschiedenis om
een confrontatie met de realiteit van nu aan te gaan. Schouten:
"Zo combineer ik in de tekening/collage 'Logboek' de ontdekking
van het Paaseiland in 1722 door Jacob Roggeveen, in een tijd dat we
ons gewoon een land konden toe-eigenen door er een Hollandse vlag
te planten, met de berichtgeving van vergeefse pogingen van boot
vluchtelingen om ergens aan land te gaan in de hoop op een beter leven."
'Meer geïnteresseerd in geschiedenis'
Jacob Roggeveen speelde ook een hoofdrol in het project voor het
Zeeuws Archief. "Hierbij was de vraag om door middel van een intrige
de bezoekers door het gebouwencomplex te lokken. Ik besloot uit te gaan
van Roggeveens scheepsverhaal. Hij spreekt tot de verbeelding omdat hij
geboren is in Middelburg en veelzijdig was: zeevaarder, notabel, vrijzinnig
theoloog. Water heeft altijd een belangrijke rol gespeeld in Zeeland,
zowel in bedreigende als in avontuurlijke zin en daarom heb ik gekozen
om water als bindend element te gebruiken."
Lydia Schouten liet Roggeveenteksten op verschillende manieren
terugkomen: op de buitenmuur, in het archiefcafé en de toiletten.
Roggeveens route schilderde ze in de archiefschacht.
'Westenschouwen, het zal je berouwen.met als centraal element
de Plompe Toren van het nabije verdronken Kouderkerke.
Tekening/collage op papier, 100 x 140 cm. Lydia Schouten, 2008.
Zeeuws Erfgoed 3 september 2009/03 Algemeen