Monument voor de Verdronken Dorpen in Zeeland De toren is vervaardigd uit, in de lijnolie gezet, cortenstaal, met daarin gebogen platen acrylaat. Hierop zijn schilderingen van watergolven aangebracht. In de schemertijd wordt de toren gedurende twee uur van binnenuit verlicht, hetgeen een bijzonder effect op de schilderingen geeft. Daarna wordt het monument opgenomen in de duisternis. Aan de toren hangen acht trechters. In de vier aan de waterzijde zijn speakers aangebracht. Drie maal per dag klinkt uit de speakers het geluid van opkomende storm (water en wind), afgewisseld met meerstemmige zang uit de vijftiende eeuw en in de verte middeleeuwse kerkklokken. Na enkele minuten sterft het geluid weg, waarna de bezoeker in stilte over de verdronken dorpen en de eeuwenlange strijd met het water en de dynamiek van het landschap kan nadenken. De tijdstippen van de geluidscompositie verwijzen naar jaartallen van enkele grote waters noden die het Deltalandschap ingrijpend veranderden: 11.34 uur (op de vloed van 1134 volgen grootschalige bedijkingsactiviteiten), 14.04 uur (Eerste Sint-Elisabethsvloed, 1404) en 15.30 uur (Sint-Eelixvloed, 1530). Op de traptreden van het monument naar het water leest de bezoeker de namen van de 117 verdronken kerkdorpen van Zeeland en enkele, altijd actuele regels naar aanleiding van de Sint- Elisabethsvloed: "Het geldt voor nu, het geldt voor later. Wantrouw de macht van wind en water". Het Monument voor de Verdronken Dorpen in Zeeland is met de auto te bereiken vanaf de Deltaweg (N56, Goes-Zierikzee), via de Noordlangeweg en Molenweg. Parkeren kan langs de Oost-Zeedijk. Het informatiepunt ligt even verderop, achter de visafslag van Colijnsplaat. Het monument en informatiepunt liggen beide langs het fietspad van Colijnsplaat over de Oosterscheldedijk naar Kats. De totstandkoming van het Monument voor de Verdronken Dorpen in Zeeland is mogelijk gemaakt dankzij ondersteuning van de Provincie Zeeland, Gemeente Noord-Beveland, Waterschap Zeeuwse Eilanden, Nationaal Park Oosterschelde, Prins Bernhard Cultuurfonds Zeeland en Delta N.V. De elektriciteit voor het licht en geluid wordt opgewekt met behulp van een zonnepaneel boven in het monument, een nog unieke situatie voor een kunstwerk in Nederland. In een driedaags festival op 13, 14 en 15 oktober 2009 presenteerde de SCEZ het monument in een tent op de Oosterscheldedijk. Op de eerste dag werd het kunstwerk letterlijk ingeluid. Arjan Kappers, die de geluidscompositie voor het monument samenstelde, had voor deze gelegenheid een live-uitvoering voor drie koperblazers gearrangeerd. Tijdens de uitvoering nam de rol van de koperblazers af en werden de geluiden van water, stormwind en kerkklokken uit het monument steeds sterker.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2009 | | pagina 30