Zeeland en het water: een gecompliceerde verhouding Zeeland en de Zeeuwen onderhouden een gecompliceerde relatie met het water. Zelfs het provinciewapen en de Zeeuwse wapenspreuk dragen daaraan bij. Anders dan velen nog altijd denken, verwijzen die namelijk niet naar Zeelands erfvijand nummer 1, maar naar de tachtigjarige strijd met Spanje. Eigenlijk is ook de aanduiding 'erfvijand' een verkeerde, want Zeeland vocht altijd op twee fronten: behalve tegen het buiten-, ook tegen het binnenwater. De strijd tegen de zee spreekt nog altijd tot de verbeelding, vanwege de ontelbare verliezen aan mensenlevens en land en vanwege de inzet van veel men sen en middelen. Dit gevecht leverde aansprekende wer ken op als de Westkappelse Zeedijk, de caissons zoals die bij Ouwerkerk en de Stormvloedkering Oosterschelde; en het is actueler dan ooit tevoren. De strijd met het overtollige regenwater viel daarbij in het niet en raakte in de vergetelheid. Op dit front was 'slechts' sprake van overlast en van schade aan vooral landbouw, en van watergangen, sluizen, molens en gemalen als betrekkelijk eenvoudige strijdmiddelen. Vergeten is zelfs dat het ontstaan van het instituut waterschap - waarvan Zeeland er vele telde en per 1 januari nog maar eentje bezit - is terug te voeren op de overlast van het binnenwater en niet op de dreiging vanuit zee. Klimaatveranderingen hebben er toe geleid dat ook de binnenwaterproblematiek sinds kort weer hoog op de agenda prijkt. De relatie met zowel buiten- als binnenwater was niet de enige die in het verleden voor spanningen zorgde. Watersnood kon snel verkeren in waternood. Op de Zeeuwse eilanden, met van nature brakke tot zoute omstandigheden, waren mens en dier en gewas aangewezen op een altijd maar zeer beperkte voorraad zoet water. Behalve zout, kon het water ook anderszins vervuild en daardoor niet of maar beperkt bruikbaar zijn. Vooral rond de Zeeuwse steden zorgden dergelijke milieuproblemen vanaf de achttiende eeuw voor overlast. Het uiterst wankele evenwicht tussen zout en zoet, tussen overlast en overvloed, kon ernstig worden verstoord. In vrijwel alle Zeeuwse klei-op-veenpolders werd vanaf de middeleeuwen het maaiveld willens en wetens verlaagd en zo de wateroverlast vergroot door sel- en moernering, de desastreuze winning van zout en brandstof uit het zoute veen. Wanneer vervolgens in sommige van deze uitgedolven polders het zeewater met opzet werd binnengelaten, konden ze definitief van de kaart verdwijnen. Dergelijke militaire inundaties zijn vooral in Zeeuws-Vlaanderen al vanaf de veertiende eeuw heel wat polders noodlottig geweest. Nog in de laatste wereldoor log grepen niet alleen de geallieerden maar ook de Duitsers naar dit rigoureuze middel. Voor een extra complicatie van de subtiele waterbalans zorgden de getijmolens, waarvan er in Zeeland tenminste twintig hebben bestaan. Zeker in de Zeeuwse steden was er regelmatig wrijving tussen de ene, primaire functie van de molen: het malen, en de andere, meer afgeleide functie: het spuien of schuren van de altijd weer verzandende haven. Malen en spuien gingen niet samen. Soms werd in de spuiboezem (het molenwater) zoveel - zout! - water binnengehaald dat het de polder inliep en daar voor langere tijd schade aan de landbouw berokkende. Wie de Zeeuwse geschiedenis doorloopt en Zeeland vandaag doorkruist, zal bemerken dat 'de' strijd met 'het' water met zeer verschillende middelen is gestreden. Elk eiland, elk waterschap formuleerde een eigen antwoord, dat alles te maken had met de plaatselijke omstandigheden. Het leverde elementen op die op het eerste gezicht soms weinig met elkaar te maken lijken te hebben, maar die in de context van hun omgeving, het landschap, tot spreken komen. Vooral zo, vooral daar valt de betekenis van een gedempte spuikom, een muraltmuurtje, een rafelrand met nollen en bouten, en een onopvallende gedenksteen te begrijpen. Er valt meer dan genoeg te ontdekken en te onderzoeken, in musea en in archieven en vooral dus ook in onze alledaagse woonomgeving. De komende landelijke Week van de Geschiedenis, van 16 t/m 24 oktober, nodigt daartoe uit met het thema: 'Land en Water'. Zeeuwser kan het niet. Een thema met verleden én met toekomst. Restant van getijmolen in Sas van Gent. Betonnen dri n kwatervoorziening voor het vee op Walcheren. Zeeuws Erfgoed 19 september 2010/03 CULTUURHISTORIE

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2010 | | pagina 19