Themadag Archeologie J Oi Ju li Wm- Zaterdag 9 oktober namen 78 personen in de Mauritshof in IJzendijke deel aan de grensoverschrijdende Themadag Archeologie Publiek, georganiseerd door de provincies Oost- en West-Vlaanderen en Zeeland, met een belangrijke bijdrage van de SCEZ. Al tijdens de koffie en ook in de lunchpauze kon kennis genomen worden van een groot aanbod aan educatieve archeologische projecten van het Ten Duinen Museum in Koksijde, de archeologische dienst Raakvlak uit Brugge, de provinciale archeologische musea van Oost-Vlaanderen te Ename en Velzeke en de SCEZ (onder andere met de Erlgoedmobiel). Gedeputeerde Harry van Waveren constateerde in zijn welkomstwoord dat archeologie in Zeeland in een rustiger vaarwater was gekomen en dat de tijd nu rijp was om juist aandacht te besteden aan het onderwerp van deze dag. Zijn collega, Marleen Titeca-Decraene van West-Vlaanderen, benadrukte ook het belang van grensoverschrijdende samenwerking. Nadat Robert van Dierendonck (SCEZ) en Luc Bauters, provinciaal archeoloog van Oost-Vlaanderen, in het kort het archeologisch beleid aan weerszijden van de grens met elkaar hadden vergeleken, werd het thema van de dag ingeleid door Evert van Ginkel van de Nederlandse Stichting Archeologie en Publiek. Daarbij schetste Van Ginkel in het kort alle bekende mogelijkheden die op dit moment benut worden om archeologie dichter bij het publiek te brengen, van publieksboek tot website over archeologische resultaten en van informatiebord tot kunstwerk op een vindplaats. Naast de bekende voorbeelden zag hij vooral op het gebied van de nieuwe media grote kansen om het publiek te bereiken. Maarten Berkers blikte terug op de dag van het Forum Vlaamse Archeologie die in april aan het thema was gewijd onder andere met een filmpje waarin de Mechelse marktgangers gevraagd werd naar hun belangstelling voor archeologie en de rol die zij archeologie wilden toekennen. Ondanks het feit dat te Mechelen een grote opgraving met veel publiciteit aan de gang was, bleken mensen toch niet op de hoogte, terwijl anderen het archeologisch belang (te) hoog inschatten. Levendige discussie Onder leiding van Evert van Ginkel ontspon zich daarna een levendige discussie over de publieks- werking in de archeologie. Belangrijke constateringen hierin waren dat het publiek altijd graag wil weten wat het resultaat is van archeologisch onderzoek. Publiekswerking is echter vaak niet opgenomen bij archeologisch onderzoek en, als dat wel het geval is, sneuvelt het als sluitpost meestal in het kostenplaatje. Door de deelnemers werd aangedrongen op initiatieven van de overheden, zeker als ze opdrachtgever zijn van het onderzoek, dat dan ook deels door de belastingbetaler wordt bekostigd. Maar ook de archeologen moeten bereid zijn de leuke en belangrijke dingen van hun vak te laten zien en zelf initiatieven nemen, om het belang van de archeologie voor het publiek bij overheden, project ontwikkelaars en bouwers in beeld te brengen. Veel bewoners van een nieuwbouwwijk hechten aan de geschiedenis en de identiteit van hun nieuwe omgeving. Communicatie is een apart vak en archeologen hebben mediatraining nodig om hun nieuws aan de man te brengen. Leerzame workshops De middag was ingeruimd voor vier workshops die tweemaal werden gegeven. Bij de workshop 'Verbeelding' riep een prikkelende stelling van Bernard Meijlink (Walcherse Archeologische Dienst) dat de publieksvraag en dus de politiek het onderwerp van archeologisch onderzoek bepaalt, een scherpe discussie op: archeologisch onderzoek moet geënt blijven op wetenschappelijke vraagstellingen. Stefaan Gheysen (Westtoer) waarschuwde te waken voor te veel verbeelding in het landschap: publiek was volgens hem alleen maar geïnteresseerd in topvondsten. Jan van Damme (PZC) en Stijn Lybeert (Focus-wtv) gaven in de workshop 'Media' verhelderend inzicht in het proces van nieuwsverwerking door de pers. Daarbij blijken persoonlijke contacten met journalisten van eminent belang. Een nieuwsbericht dient ook aan een aantal criteria te voldoen om kans op publiciteit te maken en voor tv is verrassend beeld erg belangrijk. In de workshop 'Musea' stelde Katelijne Vertongen (Museum Brugge) dat de doelgroep van de museumbezoeker bij de inrichting van een museale opstelling sterk bepaalt wat visueel en tekstueel aangeboden wordt en beperkingen stelt aan wat de archeoloog wil vertellen. Paul Bailleul (Bailleul Ontwerpbureau) maakte duidelijk dat ook politieke wil en politieke invloed nodig zijn om een goed project tot stand te brengen. Hieronder wordt wat uitgebreider ingegaan op de workshop 'Onderwijs'. Na een inleidende lezing van Mathieu De Meyer, projectleider Forten en Linies in Grensbreed Perspectief, over de vestingwerken van IJzendijke, werd in drie groepen een rondwandeling gemaakt langs de vestingwerken en het Museum Het Bolwerk en werd in de Mauritshof nog een hapje en een drankje genuttigd. Van de themadag zal nog een uitgebreid verslag worden gepubliceerd. Evert van Ginkel van de Nederlandse Stichting Archeologie en Publiek. Discussie met de zaal. Gebak in stijl. Zeeuws Erfgoed 14 december 2010/04 ARCHEOLOGIE ERFGOEDEDUCATIE

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2010 | | pagina 14