ft
Zeeuwse krulbollers
willen op UNESCO-lijst
'v '"W-
p.':
Verbod op fuikenvisserij
0 december 2012/04 Musea
VOLKSCULTUUR
Nieuws
Jeugdige krulboller
uit IJzendijke
(foto Peter Verdurmen).
De krulbolverenigingen in Zeeuws-Vlaanderen starten
met de voorbereiding van de voordracht die moet leiden
tot een plaats op de Nationale Inventarislijst Immaterieel
Erfgoed. Deze lijst vloeit voort uit de ratificatie door
Nederland van de UNESCO Conventie Immaterieel
Erfgoed. Door dit verdrag te ondertekenen is ons land
verplichtingen aangegaan ten aanzien van onder meer
de inventarisatie, documentatie en safeguarding van
immaterieel erfgoed. Verenigingen moeten zelf actie
ondernemen als zij 'hun' traditie willen voordragen
voor de nationale lijst. Zij zullen in ieder geval moeten
laten zien dat het erfgoed waarvoor zij zich inzetten,
op draagvlak kan rekenen en dat zij zelf initiatieven
ontplooien om deze traditie levend te houden.
Het krulbollen is een traditionele sport die in Belgisch
en Zeeuws-Vlaanderen wordt beoefend. Het spel wordt
gespeeld met een bol die een asymmetrisch loopvlak heeft.
Daardoor maakt de bol een ellipsvormige baan (krul)
nadat hij is geworpen. Doel van iedere speler is de stek
(een houten paaltje) te raken dat op ongeveer zeven meter
afstand in de baan staat. Het Mauritstoernooi, dat sinds
2009 in IJzendijke wordt gehouden, is een jaarlijks terug
kerend hoogtepunt en van groot belang voor het levend
houden van de traditionele sport. Momenteel zijn er
krulbolverenigingen in Aardenburg, Breskens, Hoofdplaat,
IJzendijke, Oostburg, Philippine, Sas van Gent en
Wate rlandke rkj e
De krulbollers streven er naar om de voordracht in het
eerste kwartaal van 2013 voor te leggen aan
de toetsingscommissie. Zij zijn bezig om een zorgplan
op te stellen, waarin zij onder meer aangeven wat de
knelpunten zijn in de overdracht naar volgende generaties
en welke oplossingen zij daarvoor zien. Ook de
geschiedenis van de (krulbol)traditie moet nauwkeurig
in kaart worden gebracht. De oprichting van een
overkoepelende federatie van krulbolverenigingen is
aanstaande, zodat de voordracht namens alle krulbollers
kan plaatsvinden.
Aan een traditioneel ambacht, dat in Zeeland al eeuwen wordt beoefend, lijkt
een einde te zijn gekomen. Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw
en Innovatie en de gemeente Veere hebben strandvisser Wim Vreeke uit Domburg
laten weten dat hij aan de stranden van de gemeente niet langer met fuiken mag
vissen. Sinds 1 januari 2011 gelden hiervoor nieuwe regels.
Vroeger werd overal aan de Zeeuwse Noordzeekust gevist met handgemaakte
netten. Het was er niet het hoofdberoep, maar een nevenactiviteit van mensen
die vaak op een andere manier de kost verdienden. In moeilijke tijden was deze
visserij een uitkomst om aan eiwitrijk voedsel te komen. Halverwege de twintigste
eeuw verviel door de stijgende welvaart de noodzaak daartoe. Nu is de strand-
visserij een traditie die in Zeeland nog door enkelen in leven wordt gehouden.
Grofweg kan binnen de strandvisserij een onderscheid worden gemaakt in visserij
met fuiken en met korren (sleep- of duwnetten). Het ambacht ging over van
vader op zoon. Iedere visser had zijn eigen paalhoofden waar hij mocht vissen.
Daarvoor golden tussen de vissers ongeschreven regels. Na de dood van een visser
ging diens plek over op zijn zoon. De fuikenvisser stelt de fuiken bij laag water
op, laat de vloed er over heen gaan en gaat daarna, als het weer eb is geworden,
naar het strand terug om de vis die in de fuiken is achtergebleven op te halen.
In de fuiken met kleine mazen vangt hij paling, in die met grotere mazen
rond- en platvis. Het verbod is er vooral op gericht om de vangst van paling
tegen te gaan. Fuikenvissers daarentegen wijzen er op dat zij slechts zeer geringe
hoeveelheden paling vangen.
De gemeente Veere vroeg het ministerie van Economische Zaken, Landbouw
en Innovatie tekst en uitleg over de nieuwe wetgeving, nadat Vreeke protest
had aangetekend. Het ministerie heeft de gemeente daarop nog eens laten weten
dat de recreatieve visserij met fuiken langs de Noordzeekust en Westerschelde is
verboden. Nu ze niet meer in de praktijk mag worden uitgeoefend, dreigt deze
vorm van levend immaterieel erfgoed aan de Zeeuwse kust te verdwijnen. Het
Tweede Kamerlid André Bosman (VVD) heeft vragen gesteld aan de minister.