Het Rijk ruimt op
In Nederland doet zich de unieke situatie voor dat
het Rijk grote uitverkoop houdt ten aanzien van
zijn culturele erfgoed. De Rijksgebouwendienst heeft
namelijk aangekondigd af te willen van een groot
deel van de in zijn vastgoedportefeuille ondergebrachte
monumenten, voor zover deze geen taak meer
vervullen voor de huisvesting van rijkstaken.
Let wel: deze gebouwen verliezen niet hun status als
rijksmonument, maar wel de borging dat het Rijk
zorg draagt voor het behoud ervan.
Sint-Baafskerk in Welke monumenten worden in Zeeland in de
Aardenburg. uitverkoop gezet en wat is hun toekomst?
Het Rijk beheert in totaal meer dan 1.800 objecten
met de status van rijksmonument. De monumenten in
eigendom van het Rijk worden gebruikt en beheerd
door de verschillende rijksvastgoeddiensten, zoals de
Dienst Vastgoed Defensie, de Rijksgebouwendienst,
Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer. Ze vervullen een
functie in het zogenaamde 'primaire proces', ofwel de
directe taken van het Rijk. Voorbeelden van dergelijke
gebouwen zijn gevangenissen, gerechtsgebouwen, sluizen,
kazernes en kantoren. De Rijksgebouwendienst en
Staatsbosbeheer zijn de enige rijksdiensten die op enige
schaal monumenten in beheer hebben die niet bedoeld
zijn om in te zetten voor het primaire proces.
De Rijksgebouwendienst beheert circa 165 monumenten
complexen, waarvan er 120 worden ingezet ten behoeve
van het primaire proces. Het gaat om penitentiaire
inrichtingen, rechtbanken, kantoren, musea, et cetera.
De overige 45 complexen van de Rijksgebouwendienst
kennen geen rijksgebruik. Dit zijn de zogenaamde
'monumenten met erfgoedfunctie' (MEF's). Deze
portefeuille bestaat uit onder meer kerkelijke gebouwen,
landhuizen en gedenknaalden.
Onderhoudsplicht
Ook in Zeeland kent de Rijksgebouwendienst dergelijk
bezit. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn in de
provincie Zeeland veel kerkgebouwen als gevolg van
bombardementen verwoest. De Staat heeft bij de
wederopbouw een aantal kerkgebouwen hersteld.
Dit is het geval bij het Abdijcomplex in Middelburg en
de Sint-Baafskerk in Aardenburg. Als tegenprestatie zijn
(delen van) de kerkgebouwen eigendom geworden van
de Staat. Het Abdijcomplex in Middelburg is overigens
niet in eigendom verkregen, wél heeft de Staat een
onderhoudsplicht tot 2050. De andere kerken zijn in
bezit van de Staat gekomen doordat de toren
functioneerde als baak of uitkijkpost (militaire en
kustnavigatiefunctie). Dit betreft de Grote Kerk in Veere
en de Sint-Lievensmonstertoren in Zierikzee. Al deze
gebouwen zijn rijksmonumenten en worden niet meer
of slechts gedeeltelijk gebruikt voor de eredienst of andere
religieuze activiteiten. Ze hebben hoofdzakelijk een
culturele, toeristische, maatschappelijke functie gekregen.
In een enkel geval wordt de ruimte verhuurd aan
organisaties die gesubsidieerd worden door de Provincie
Zeeland of de desbetreffende gemeente en soms nog door
andere subsidiënten. Het onderhoud van (delen van) het
gebouw wordt door de Rijksgebouwendienst uitgevoerd.
De activiteiten per locatie en gebouw kunnen hier zoveel
mogelijk op inspelen. Naast de kerkgebouwen heeft de
Rijksgebouwendienst nog één andere MEF in eigendom,
de Schotse Huizen in Veere.
Rendabel
De visie van het Rijk op een compacte overheid heeft
mede ertoe geleid dat het Rijk heeft besloten de MEF's
zoveel mogelijk af te stoten. Een structurele toekomstvisie
op de wijze waarop deze gebouwen behouden en
geëxploiteerd kunnen worden is door dit besluit
noodzakelijk geworden. Monumenten moeten rendabel
geëxploiteerd worden om de onderhoudskosten te kunnen
dekken. Het lastige van het vervreemden van bijzondere
Zeeuws Erfgoed 10 juni 2013/02 MONUMENTEN