Noord- en Zuid-Beveland
Walcheren
In de dijk zijn naast 13 aardewerkscherven ook enkele delen van
kloostermoppen en 2 fragmenten van daktegels gevonden. Deze zijn door
archeologisch bureau Artefact! te Kamperland geanalyseerd. De scherven,
bestaande uit rood en grijs aardewerk en lichtgrijs steengoed, dateren
tussen de dertiende en vijftiende eeuw. Het dijkdeel van de doorgraving
is, gezien de gevonden scherven en bouwmaterialen, waarschijnlijk
opgebouwd (hersteld) omstreeks late vijftiende of vroege zestiende eeuw.
In de grond waaruit de dijk is opgebouwd was afval terecht gekomen. Ten
tijde van het dijkherstel moet er bewoning in de omgeving zijn geweest.
Het afgeschaafde dijkprofiel van de Platte Capelledijk
in westelijke richting gezien (B. Chamuleau).
Muntschat en versterkt huis bij Colijnsplaat
In augustus 2012 werd bij de SCEZ de vondst van een kleine muntschat
gemeld uit de omgeving van Colijnsplaat. Het bleek te gaan om zilveren
munten uit de veertiende en begin vijftiende eeuw. Naar aanleiding
hiervan ontdekte de SCEZ op luchtfoto's dat sprake kon zijn van een
omgracht terrein. De gemeente Noord-Beveland besloot nader onderzoek
te doen naar de context van de muntschat, zodat het terrein een gepaste
bescherming kan krijgen. De grondeigenaar en vinders waren bereid
hieraan mee te werken. Onlangs vond het veldonderzoek plaats.
De resultaten maken duidelijk dat het waarschijnlijk een muntschat betreft
Veldbrandovens Derringmoerweg, Arnemuiden
Tijdens het bouwrijp maken van enkele percelen aan de Derringmoerweg
zijn resten gevonden van twee veldbrandovens. Men gebruikte deze voor
baksteenproductie volgens een werkwijze die tot in de negentiende eeuw
nagenoeg onveranderd bleef; vanaf begin twintigste eeuw namen de
steenfabrieken de productie over. Eén oven was vrij goed bewaard gebleven
en is door de WAD gedocumenteerd. Hij bestaat uit enkele geulen van
circa 60 centimeter breed met daartussen iets hogere bankjes van circa
80 centimeter breed waarop de ongebakken bakstenen gelegd werden.
Er zijn geen aanwijzingen gevonden voor muurtjes die kunnen wijzen op
een daadwerkelijk gebouw of structuur. In de geulen stookte men hout,
turf of steenkool waarmee men de gevormde kleiklompen bakte.
Op twee van deze bankjes vond de WAD nog een gedeelte van de onderste
laag bakstenen terug. Ze hebben een formaat van 26 x12 x 5,5 centimeter.
De ovens zijn tijdelijk opgericht voor een specifieke bouw in de nabije
omgeving. De datering is nog onbekend.
Op basis van de baksteenmaten behoort bijvoorbeeld de wederopbouw
van Arnemuiden na de verwoestingen door de Spanjaarden rond 1574
tot de mogelijkheden.
Een uitgebreider verslag verschijnt in Nehalennia, afl. 182 (dec. 2013).
die begraven is in de buurt van een laatmiddeleeuwse versterkte huisplaats.
Er zijn verschillende laatmiddeleeuwse fundamenten gedocumenteerd.
Eén fundering betreft muurwerk van twee rijen grote bakstenen,
waarbinnen puin en mortel is gestort zodat een circa 1,20 meter dikke
muur is ontstaan: een veel gebruikte bouwmethode in de veertiende/
vijftiende eeuw. Daarnaast lijkt het alsof het terrein omgeven was door
een brede gracht van circa 10 meter. Alle gegevens worden de komende
maanden geanalyseerd en zullen nieuwe inzichten bieden in de
bewoningsgeschiedenis van Noord-Beveland vóór de stormvloeden
van 1530/32.
Onderzoek van een veldbrandoven aan de Derringmoerweg,
Arnemuiden (foto WAD).
Oude schoolplaat van Cornelis Jetses, 'Op het zetveld bij de steenovens'.
Zeeuws Erfgoed 8 december 2013/04 ARCHEOLOGIE