Huiswerk
en flexplekken
in kerktorens
voor jongeren
en startende
jonge ondernemers
Opvallend was dat nagenoeg iedereen voorstander was
van het handhaven van de kerkgebouwen, of de jongeren
nu kerkelijk waren of niet. Het toekennen van een nieuwe
functie was dan ook geen enkel probleem. Na wat vragen
en opdrachten en een gemeenschappelijke pizzamaaltijd,
gingen de jongeren in groepjes brainstormen over
mogelijke invullingen. Hun ideeën werden aan het einde
van de avond gepresenteerd in aanwezigheid van de
wethouder van de gemeente Sluis, Peter Ploegaert,
die optrad als gastheer.
Populaire en verrassende ideeën
Het meest populaire idee bleek de markthal te zijn,
ongetwijfeld mede
geïnspireerd op het succes van
de iconische hal in Rotterdam.
Maar zo ambitieus zagen de
jongeren het uiteraard niet
op Zeeuws-Vlaamse schaal.
Het zou een weersbestendige
oplossing zijn om de
weekmarkt altijd doorgang
te kunnen laten vinden, met
als belangrijk neveneffect
dat het positief zou kunnen
werken voor de ontwikkeling
van streekproducten en
daarmee ook van het
toerisme. Bovendien zijn er
niet al te veel investeringen
nodig om een en ander te
realiseren. Het belangrijkste is
er immers al, de ruimte!
huiswerk te maken. Die zouden bijvoorbeeld in de torens
van kerken ingericht kunnen worden. Tegelijkertijd zouden
dit flexplekken kunnen worden voor startende jonge
ondernemers. In relatie daarmee zouden ook sport
mogelijkheden gecreëerd kunnen worden: de kerkruimten
zijn immers groot genoeg voor bijvoorbeeld de aanleg van
een basketbalveld. Ook het voorbeeld van een skatehal in
een kerk in Arnhem bleek veel jongeren aan te spreken.
De sociale en culturele component werd niet vergeten. Een
aantal jongeren opperde dat de kerk gebruikt kon worden
voor de opvang van bijvoorbeeld vluchtelingen of ouderen.
Tegelijkertijd kon een deel van het gebouw gebruikt worden
voor culturele activiteiten,
zoals een filmzaal voor onder
andere oude films en art
house films, maar ook als
locatie voor een boekenclub,
muziekuitvoeringen voor alle
leeftijden en musicals als
'Jesus Christ Superstar'.
In de sfeer van de horeca
werden er kansen gezien in
een hotelfunctie en in een
iconische snackbarketen
('snack-church'), een snackbar
die per definitie in een kerk is
gehuisvest en een kerktoren
als beeldmerk voert. Functies
als een supermarkt en andere
detailhandel konden op de
minste steun van jongeren
rekenen.
Een andere veelgenoemde functie was een multifunctioneel
centrum waar allerhande voorzieningen worden
ondergebracht zoals een huisartsenpraktijk en een
fysiotherapeut. Vaak worden er voor dergelijke
voorzieningen nieuwe gebouwtjes opgetrokken, maar dit
is volgens de jongeren helemaal niet nodig. Kerkgebouwen
bieden veel ruimte en daarin kunnen veel functies
samengebracht worden. Jongeren kunnen eindeloos
combineren, want zelfs in deze variant zou de belangrijkste
centrale ruimte bestemd kunnen worden voor feesten en
disco's. Hoewel een complete en permanente discotheek
in een kerk een aantal jongeren net iets te ver ging, was
iedereen het er wel over eens dat er wel met regelmaat
allerlei feesten georganiseerd moeten kunnen worden.
Zo werd geconstateerd dat er in Zeeuws-Vlaanderen
nauwelijks gelegenheden zijn voor LGBT-jongeren (homo's,
lesbiennes, biseksuelen en transgenders) om uit te gaan.
Daarnaast zouden er schoolfeesten, klassenfeesten,
frisfeesten - voor jongeren die nog geen alcohol mogen
drinken - en slaapfeestjes georganiseerd moeten kunnen
worden.
De meest verrassende ideeën hadden echter betrekking
op henzelf. Kerkgebouwen zouden de ideale hangplekken
kunnen zijn voor jongeren, met lekkere banken en uiteraard
goede internetverbindingen. Dit zou gecombineerd kunnen
worden met huiswerkplekken, omdat in Zeeuws-Vlaanderen
diverse gezinnen klein behuisd zijn, waardoor kinderen
thuis nauwelijks een goede en rustige plek hebben om
De jongeren spraken ook hun hoop uit dat de door hen
geopperde suggesties konden worden meegenomen.
Wethouder Peter Ploegaert was wel zo eerlijk de grootste
beperking van het jongerendebat te noemen. Hoewel
creatief, zullen sommige ideeën niet meteen uitvoerbaar
zijn zonder een investeerder met een goed exploitatie
model. Ook zijn diverse voorzieningen te kostbaar, zeker
als die alleen maar op één nederzetting binnen de
gemeente zijn gericht. Het debat heeft echter wel
uitgewezen, dat er bij andere generaties andere ideeën
(en beperkingen) leven, dus ook andere kansen in beeld
komen. En dat is de winst die op termijn verzilverd zou
moeten worden.
'Kerk, Krimp en Kans. Impuls voor West-Zeeuws-Vlaanderen' is een
pilotproject van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
De uitvoering is in handen van de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland
in samenwerking met de gemeente Sluis en de Provincie Zeeland.
Het project heeft tot doel de kansen in beeld te brengen van religieus
erfgoed voor de leefbaarheid in West-Zeeuws-Vlaanderen.
www.scez.nl/kerkkrimpenkans
Zeeuws Erfgoed 20 juni 2015 02