Zuid- en Noord-Beveland
Metaalvondsten Oost-Souburg, Ritthem
De heren M. Klomp en A. de Jager meldden in het eerste
kwartaal van dit jaar diverse metaalvondsten uit de
omgeving van Oost-Souburg en Ritthem. Daaronder
bevonden zich meerdere interessante vondsten uit de
twaalfde/dertiende eeuw, zoals een aantal zeldzame
muntjes en een met emaillen inlegwerk versierde
Limoges-gespplaat. Ook waren jongere voorwerpen in
het vondstmateriaal aanwezig, zoals een deel van
een kandelaar uit circa 1500 en een messing
zegelstempel uit de nieuwe tijd.
Limoges-gespplaat uit Ritthem, afmetingen 2,8 x 2,7 centimeter.
Keldertje in Kloetinge
Op 8 april verrichtte de SCEZ archeologische waar
nemingen in het noordelijke deel van de Brederodestraat
te Kloetinge, na een vondstmelding door de heer A. Dorleijn
(gemeente Goes) van een bakstenen muur in de straat.
Deze was tijdens de herinrichting van de straat te
voorschijn gekomen op ruim 35 centimeter onder het
straatniveau. Na het schoonmaken bleek het te gaan om
een keldertje of beerput, met een lengte van exact 3 meter
en een breedte van 1,35 meter. In een hoek was nog de
Sint-Joris in Vlissingen
De heer P. Pinxteren meldde de vondst van een beslagstuk
of laatmiddeleeuws insigne van Sint-Joris. Hij had het
gevonden in stortgrond, die afkomstig was uit de
binnenstad van Vlissingen. Het object was gemaakt van een
koperlegering en aan de keerzijde voorzien van een oogje.
Laatmiddeleeuws beslagstuk of insigne uit de binnenstad van Vlissingen.
Hoogte 4,5 centimeter, breedte 2,5 centimeter.
aanzet van een gewelf zichtbaar. Het keldertje was
opgebouwd met rode en zwarte bakstenen, die met tras
waren gemetseld. Het baksteenformaat van de rode stenen
bedroeg 21 x 10 x 5 centimeter; dat van de zwarte stenen
18 x 8,5 x 4,5 centimeter. Rondom het keldertje was een
zwarte cultuurlaag zichtbaar met baksteenpuin en hier
en daar aardewerkfragmenten, die uit de periode vijftiende
negentiende eeuw dateren. Gezien de baksteenformaten
zal het keldertje uit de nieuwe tijd (na 1500) dateren en
heeft het mogelijk behoord bij een boerderij. Het keldertje
kon in situ behouden blijven.
Zeeuws Erfgoed 26 juni 2015 02