'De bezetting verbeeld' toont het
levenswerk van Cees van der Burght
I
m af' -
"Ik ben in de oorlogsjaren opgegroeid in Vlissingen. Gebeurtenissen uit die periode staan voor eeuwig
in mijn geheugen gegrift. De Tweede Wereldoorlog is bepalend gebleken voor de rest van mijn leven."
I B -i ij
Tentoonstelling
In het Zeeuws maritiem muZEEum in Vlissingen is vanaf
17 oktober de tentoonstelling 'De bezetting verbeeld, WO II
door de ogen van Cees van der Burght' te zien.
De Vlissingse kunstenaar Van der Burght, die in juli van
dit jaar op 84-jarige leeftijd overleed, heeft van de
geschiedenis van Walcheren zijn levenswerk gemaakt.
Met name de Tweede Wereldoorlog staat daarbij centraal.
Maar ook andere onderwerpen hadden zijn aandacht,
zoals de Walcherse boerderijen, de Tachtigjarige Oorlog
en het bombardement van Vlissingen in 1809.
Van der Burght liet een veelzijdige collectie na met een
groot aantal schilderijen, tekeningen en maguettes.
Deze collectie wordt voor een groot deel beheerd door
het muZEEum en het Gemeentearchief Vlissingen.
In de expositie in het muZEEum is nu te zien hoe Cees
van der Burght als jongen de bezettingstijd heeft beleefd.
Zijn persoonlijke verhalen worden daarbij in de historische
context van de vorige eeuw geplaatst. Hierdoor is de
expositie min of meer te beschouwen als een documentaire
over Vlissingen in de tijd van de Tweede Wereldoorlog. En
een eerbetoon aan Van der Burght.
Tekenaar in oorlogstijd
Cees van der Burght groeide op in Vlissingen tijdens
oorlogsjaren. Zoals hij in een eerder interview zei:
"De oorlog begon op vrijdag, en zaterdag stortte er al
een vliegtuig neer in de Verkuijl Quakkelaarstaat, een paar
honderd meter van ons huis."
De bezettingstijd in Vlissingen en omgeving maakte grote
indruk op hem. Het heeft zijn leven diepgaand beïnvloed.
"Van naar school gaan kwam het in die dagen niet veel.
Wat ze daar te vertellen hadden was ongetwijfeld heel
belangrijk en vol goede bedoelingen. Maar wat er om
me heen gebeurde, maakte veel meer indruk, zodat ik
het merendeel van de tijd tussen de puinhopen aan
het schetsen was."
Het tekentalent van Cees van der Burght werd op de
lagere school al vroeg opgemerkt, maar in het naoorlogse
Vlissingen zat niemand te wachten op een kunstenaar.
Het was de tijd van de wederopbouw en er was werk aan
de winkel. Dankzij zijn moeder kon hij toch lessen krijgen
bij de Vlissingse kunstenaar Gerard Jacobs. De toen al
oudere Jacobs gaf Van der Burght op een gedegen en
disciplinaire manier les. Elke week moest Cees werk
inleveren. "Als ik een keer met lege handen kwam, dan was
het meteen 'Ceesje, je bent weer lui geweest'. En dat kon
ik mij niet permitteren, want het was een voorrecht om
bij hem in de leer te zijn."
Beeld van 'Ceesje' van der Burght als kleine
jongen in oologstijd met een gevonden helm
op zijn hoofd. Op de achtergrond een illustratie
die een dramatisch moment uit het leven van
Cees verbeelt.
Ambachtelijk en nauwgezet
Cees van der Burght werd gedwongen om toch een
ander vak te leren, omdat een toekomst als kunstenaar
er niet in zat. Hij werd uiteindelijk technisch illustrator bij
de luchtmacht. Maar in de tussentijd werkte hij al wel
de schetsen verder uit die hij tijdens de oorlogsperiode
had gemaakt. Typerend voor Van der Burght is zijn uiterst
precieze werkwijze. Vaak maakte hij voorafgaand aan een
schilderij van bijvoorbeeld een landingsvaartuig eerst
een schaalmodel. Hij ging zelfs weken meten in het oorlogs
museum in Overloon. Daar stonden immers de wrakken
die model stonden voor zijn maguettes.
Aan de hand van het schaalmodel maakte hij dan een
schilderij. Hij stelde zich als doel om de werkelijkheid zo
natuurgetrouw en zo gedetailleerd mogelijk weer te geven.
Artistieke vrijheden permitteerde hij zich nauwelijks, al
gunde hij zich wel bij sommige houtskooltekeningen enige
vrijheid. In de expositie is dit terug te vinden bij enkele
donkere houtskooltekeningen van bunkers. Het werk
heeft hier een meer sinistere en emotionele sfeer.
Zijn vaardigheden als technisch tekenaar zijn ook te zien
in de tentoonstelling, in een speciaal daarvoor ingerichte
Zeeuws Erfgoed 3 december 2015 04