ERFGOEDallerlei
BADHOTEL
Boeken
en eenmalige uitgaven
Duriburg
'HET PRYEEL1
VAM'T HEI AND
De SCEZ kan geen aanvullende
informatie verstrekken over de verkoop
van verschenen publicaties.
Ad Beenhakker, Naar Zeeland! Schilders
van het Zeeuwse landschap (Vlissingen:
Den Boer De Ruiter, 2016) 144 pag.; ill.,
foto's, tek., ISBN 978-90-79875-67-2.
Kunstkenner en voormalig planoloog
Beenhakker laat in dit boek een bonte
stoet kunstenaars voorbijtrekken met
de overeenkomst dat zij zich allen lieten
inspireren door het Zeeuwse landschap
(vermeden zijn de zeelandschappen en
de stadspanorama's). Van de tientallen
schilders wordt een biografie geschetst en
ten minste één werk besproken, waarvan
ook een illustratie wordt getoond.
Beenhakker liet zich in zijn keuze niet
alleen inspireren door de grote bekenden
zoals Mondriaan, Toorop, Antoine Mes of
Reimond Kimpe, maar ook door allerlei
verrassende en minder bekende negen
tiende en twintigste-eeuwse schilders.
Baukje Bijlsma (tekst), Luitzen Bijlsma
(red.), Beeld van een zeeslag. Keerpunt in
de strijd tussen de Graven van Holland en
Vlaanderen om de macht in Zeeland, anno
1304 (Zierikzee: Stichting Vrienden van
het Stadhuismuseum, 2016) 12 pag.; ill.,
krt., plattegr.; in ringband. Kort verslag
voor de jeugd van de slag om Zierikzee
in 1304 met aandacht voor onder meer
Melis Stoke, de eilanden van Schouwen
en Duiveland, de strijd tussen de graven,
de belegering van een stad, wapens,
ridders, jonkvrouwen en Slot Haamstede
en Moermond.
Martin van den Broeke, 'Het pryeel van
Zeeland.' Buitenplaatsen op Walcheren
1600-1820 (Hilversum: Verloren, 2016) 516
pag.; ill, tek., grav., foto's, tab.; ISBN 978
90-870459-2-0. De uitgave verscheen als
proefschrift van de Rijksuniversiteit
Groningen. Naast Noordwelle op
Schouwen-Duiveland was Walcheren bij
uitstek het eiland waar in de zeventiende
en achttiende eeuw in de rust van de
landelijke omgeving tientallen buiten
verblijven door de stedelijke elite werden
opgetrokken. Van den Broeke schetst in de
inleiding de buitenplaatsen als cultuurver
schijnsel in binnen- en buitenland en
maakt zijn begrippenkader, onderzoek en
probleemstellingen en bronnen duidelijk.
De daaropvolgende hoofdstukken hebben
elk eenzelfde indeling, waarbij onderwer
pen als landschap (singel, stadsrandzone,
platteland), functies, macht, aanzien,
architectuur en conclusies aan bod komen.
Het tweede hoofdstuk behandelt het
ontstaan van de buitenverblijven tussen
1600 en 1670; het derde de expansie
tussen 1670-1730; het vierde hoofdstuk
de verfraaiing tussen 1720-1770; het vijfde
hoofdstuk de neergang in de periode 1770
1820 gevolgd door een slotbeschouwing.
Er zijn achttien bijlagen over de buiten
verblijven rondom met name regionale
plaatsen. Met summary, literatuur- en
bronnenopgave, lijst van illustraties en
een register op buitenplaatsen en namen
en plaatsnamen.
Robert W. Catsburg, Polder Fighting:
de gevechten voor de bevrijding van
Oostburg 20-30 oktober 1944 (Zwaag:
boekbestellen.nl, 2016) 387 pag.; ill., foto's,
krt., tek., portretten; ISBN 978-90-817893
3-2. Het boek beschrijft de gevechten die
leidden tot de bevrijding van het
Zeeuws-Vlaamse Oostburg in september-
november 1944, waarbij meer dan
tweehonderd mensen het leven lieten.
Bevat een voorwoord, inleiding, acht
hoofdstukken, slotbeschouwing,
bronnenlijst en vijf bijlagen. In de
hoofdstukken wordt ingegaan op de
voorgeschiedenis, de verdedigers, de
gebeurtenissen in Oostburg van
1 september tot 10 oktober, het vastlopen
van de aanval in de polders (20-24
oktober), de Duitse verdediging van
Oostburg (20-25 oktober), de bevrijding
van Oostburg op 25 en 26 oktober, het
vastlopen op een volgende verdedigings
linie door de aanvallers en het verdere
verloop van de strijd.
Peter Dieleman en Lea van Liere
(samenst. en eindred.), Marius Vrijlandt,
et al. (red.), Borssele polder 400 jaar.
Dé unieke 'bewaarglossy' van Borssele
(Borssele: Stichting Borssele 400 jaar,
2016) 154 pag.; ill, foto's, tek., krt.
Historisch overzicht met veel foto's in
de vorm van een glossy. De onderwerpen
worden in enkele pagina's kort besproken.
Aan bod komen onder meer de dijk, de
spoorlijn, veranderingen dorp en polder,
tijden van oorlog, Jacob Verburg, grens-
linden, boren in de Borsselepolder, de
molen, kunstenaars, de Ramp, Joos Kop,
de Kaloot, boerderijen en tal van andere
onderwerpen.
Veronica Frenks, Jantien Kuiper-Abee
(beeldred.), Maya Stillhart (vert. Duits),
Badhotel Domburg sinds 1866 (Vlissingen:
Ma Plume, 2016) 204 pag.; ill., foto's; ISBN
978-90-825010-0-1. Uitgave ter gelegen
heid van het 150-jarig bestaan van het
Badhotel met een voorwoord door de
commissaris van de Koning van Zeeland
en de burgemeester van Veere. Het boek
bestaat uit zes delen met zeer diverse
onderwerpen. In het eerste hoofdstuk
wordt Domburg bekeken als opkomende
badplaats met de komst van het Badhotel.
Het tweede gaat over de vele illustere
gasten die het hotel heeft verwelkomd.
Vervolgens wordt de (architectonische)
geschiedenis van het gebouw zelf
uitgelicht. Een toeristische noot is er in
de vorm van de mogelijkheden tot vertier
in Domburg. Hoe het hotel 24 uur reilt en
zeilt wordt inzichtelijk gemaakt door de
belangrijkste medewerkers aan het woord
te laten. De lezer kan zichzelf vervolgens
voor elk seizoen een Badhotel-menu
voorschotelen. Tot besluit is er een kleine
blik op de toekomst, een bibliografie en
een illustratieverantwoording.
Nico Geldof en Frits Gerdesen,
De Interneringen van vliegtuigen tijdens
de Groote Oorlog (Maarssen: Uitgeverij
Geromy bv, 2016) 335 pag.; ill., foto's, krt.,
tab.; ISBN 978-90-818936-7-1. Nederland
bleef tijdens de Eerste Wereldoorlog
neutraal, waardoor de hevige strijd die ten
zuiden van ons land woedde grotendeels
aan de Nederlanders voorbij ging. Toch
had ook ons land regelmatig te maken
met de strijd in de lucht boven België en
Noordwest-Frankrijk. Naarmate de oorlog
vorderde en de luchtoorlog met een
steeds groter aantal vliegtuigen en soms
ook luchtschepen werd gevoerd, gebeurde
het vaker dat deze boven Nederland
terechtkwamen. Eenmaal neergekomen
op Nederlands grondgebied of in de
Nederlandse territoriale wateren werden
de vliegtuigen door de Nederlandse
regering gevorderd en de bemanning,
indien van toepassing, geïnterneerd. Veel
gevorderde vliegtuigen kozen uiteindelijk
weer het luchtruim onder Nederlandse
vlag.
Zeeuws Erfgoed 27 december 2016 04
