Archeologisch nieuws ZAAD 2017: panel van bedrijfsarcheologen in discussie met de zaal over de samenwerking met vrijwilligers. Zeeuwse Amateur Archeologen Dag 2017 De zeventiende ZAAD bood zaterdag 18 maart aan de 72 deelnemers weer een vol en gevarieerd programma, met vier lezingen en een paneldiscussie. De aftrap werd verricht door Wim De Clercq en Roland Dreesen van de Universiteit Gent. Mede namens hun collega Sven van Haelst toonden zij de resultaten van hun recente studie naar de gebruikte soorten natuursteen van de Zeeuwse Nehalennia-altaren en het erbij gevonden aardewerk. De meeste altaren zijn van kalksteen uit Lotharingen, maar bijzonder zijn kalksteen uit het Franse Caen en zelfs uit het gebied buiten het Romeinse rijk, bij de Lippe in Duitsland. Het aardewerk dateert de tempelcomplexen tussen 160 en 230 na Christus, een bevestiging van de weinige dateringen op de altaren. Scheepsarcheoloog Jeroen Vermeersch ging uitgebreid in op de resultaten van het onderzoek van de scheepsresten uit de laatmiddeleeuwse haven van Hulst (zie Zeeuws Erfgoed jaargang 15/1). Zijn presentatie werd met belangstelling gevolgd door vele amateurs die aan het Bierkaai-onderzoek in 2011 hebben meegewerkt. Jurgen van der Klooster stelde doel, methode en structuur van het project 'Portable Antiquities of the Netherlands' voor. Over dit project voor het registreren van vooral metaalvondsten in collecties van detectoramateurs is elders in deze aflevering meer te lezen. Na zijn lezing kon Jurgen al onmiddellijk contact leggen met een aantal geïnteresseerde metaaldetectoristen. Samenwerking Na de lunch vond een zeer geanimeerde discussie plaats over de samenwerking van vrijwilligers in de archeologie met professionele archeologen van bedrijven. De panelleden Hendrik Uleners (SOB Research), Jan Wattenberghe (Artefact!) en Gavin Williams (ADC ArcheoProjecten) belichtten de samenwerkingsvormen van hun bedrijven met amateurs, waarna de discussie aan de hand van stellingen losbarstte. Er was een duidelijk meningsverschil over de inzet van amateurs: moest die inzet gecoördineerd worden via de AWN Vereniging van Vrijwilligers in de Archeologie, zodat iedereen een kans kreeg, of konden amateurs rechtstreeks met de bedrijven contact opnemen? ADC ArcheoProjecten bleek als enige een protocol te hebben voor de inzet van amateur archeologen en hun ook instructie te geven, wanneer zij structureel meewerkten. De laatste lezing was weer van een stadsarcheoloog uit een van de grote steden rondom Zeeland. Anne Schryvers van de Stad Antwerpen bracht haar lezing met veel humor en begon met een deel Antwerpen-promotie. Aan de hand van mooie kaarten en prachtige opgravingsfoto's maakte ze de aanwezigen deelgenoot van de meest recente kennis van het ontstaan en de ontwikkeling van Antwerpen vanaf de vroege middeleeuwen. Tijdens de pauzes - in de theepauze was een door de AWN gereconstrueerde grafsteen van de Kloetingse Geerteskerk te bezichtigen - en bij de afsluitende borrel werd de gelegenheid om te netwerken door velen benut. Het succes van de dag bleek ook uit het feit dat de laatste deelnemers later dan voorzien de SCEZ-locatie Het Schuitvlot verlieten. De levendige discussies werden voortgezet tijdens de borrel van de ZAAD. Zeeuws Erfgoed 22 juni 2017 02

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2017 | | pagina 22