Niet alleen brieven werden opgestuurd naar de thuisblijvers, ook ganzenveren,
kokers, zaden, schoolschriftjes enzovoort werden buitgemaakt
en nooit bezorgd aan de geadresseerde (foto's Johan Francke,
ZB| Planbureau en Bibliotheek van Zeeland).
te trekken, zeker op taalkundig vlak, is het nodig een
grootschalige studie te doen naar een hele reeks brieven.
Wellicht kan dat in de toekomst gemakkelijker met het
project Zee(uw)post. Wat de talige kenmerken in deze ene
brief betreft, komt Van Sterkenburg tot de conclusie dat
er in die brief een aantal spreektalige, maar ook specifiek
Zeeuwse elementen te vinden zijn. De voorbeelden die hij
geeft zijn:
1. Het weglaten of onterecht schrijven van een h (eele
dinne, ardt eijcken, ondert, Hantonij in plaats van
Antony, zijn harmen in plaats van armen) en harenete
voor garenete 'garnaal'.
2. Woorden waarin tegenwoordig een tweeklank te horen
is, maar waar het Zeeuws die niet heeft, zoals de uu die
in het Nederlands ui is geworden (suker, jiiun juun
'ui')).
3. De i komt ontrond voor als u en de i gerond als u
(dinne voor dun, tummeren voor timmeren).
4. Een i-klank waar het Nederlands een e heeft zoals
nijcke voor nek.
5. Een a wordt als o uitgesproken en in deze brief
geschreven (onderhalf voor anderhalf).
6. Een lange aa die ae of e wordt zoals bessine in plaats
van bazin.
7. Het wegvallen van de n op het einde van een woord
(hebbe, come).
8. Mijn als persoonlijk voornaamwoord ("die naer mijn
vragen").
9. De vervoeging van het hulpwerkwoord zijn zoals in
"als die ghecocht ben".
Ook in de woordenschat van die brief sijpelt spreektaal
door. Adriaen Adriaenssen schrijft perkieten (parkieten),
pappegaen (papegaaien), esters (eksters), benansen
(bananen), sorsacken (zuurzakken), petassen (petatten) en
cerstaenen (kastanjes). Sommige van deze woorden zoals
petoazen voor 'aardappel' zijn ook nu nog bekend in de
Zeeuwse dialecten. Er is in deze brief ook sprake van
zoete kocke, wat in het Zeeuws nog steeds de naam is
voor 'ontbijtkoek'.
De brieven zijn verder interessant om hun inhoud. Over
welke (on)bekende gebeurtenissen wordt verteld? Tevens
zijn de brieven van belang voor de geschiedenis van
familienamen en straatnamen. Elke brief is geadresseerd
aan iemand, in elke brief staat een adres. Bestaan deze
straatnamen of eventueel zelfs deze huisnamen nog?
Kwamen dezelfde familienamen of voornamen al vaak
voor in een bepaalde regio, en meer van dergelijke
onderzoeksvragen.
Zeeuws Erfgoed 5 i=ni 2017 02