-
De Wasserschutz 1 (WS 1), het duikschip van het Nehalennia Archeologisch
Duikteam, is een omgebouwde Oostduitse patrouilleboot.
Schaar van Colijnsplaat, Nehalenniatempel: rechterbovenhoek van
een wijaltaar. Op de bovenzijde zijn nog een tweetal gebeeldhouwde
vruchten te zien (foto U. Sterkendries).
echt werk gaan maken van onze archeologische activiteiten
onder water."
Mede gezien zijn kostbare investeringen vond Sterkendries
het noodzakelijk om met zijn archeologische interesse altijd
binnen de vigerende wet- en regelgeving te blijven.
Daarvoor werd hij lid en in 2006 regio-coördinator Zeeland
van de Landelijke Werkgroep Archeologie Onder Water
(LWAOW) en werkte hij met afspraken met de ROB en haar
opvolgers RACM en RCE, de Provincie Zeeland en de SCEZ.
"Ieder jaar stelden we een plan van aanpak op voor het
duikonderzoek dat we van plan waren uit te voeren. Na
goedkeuring door de ROB en de SCEZ konden we daarmee
legaal ons onderzoek bedrijven. Van elke duik werd door
het NAD een rapport opgemaakt met daarin de positie van
de gemaakte duik, onze bevindingen voorzien van foto's en
eventuele losse vondsten die tijdens het duiken werden
geborgen. Van vindplaatsen met constructies, zoals resten
van schepen, legden we eerst de posities vast en werden
alleen na overleg met de ROB en de SCEZ vondsten of
monsters meegenomen. De vondsten zijn altijd
gedeponeerd in het Zeeuws Archeologisch Depot."
Terrein dubbel zo groot
De eerste onderzoeken waren gericht op het goed
lokaliseren van de sporen van de Romeinse Nehalennia-
tempel en de bijbehorende nederzettingsresten.
De resultaten zijn nu verwerkt in landelijk en gemeentelijk
beleid van de gemeente Schouwen-Duiveland. Een van de
leden van de duikgroep, Sven Van Haelst, heeft in 2011, in
het kader van zijn masterthesis archeologie, alle vondst
en vindplaatsgegevens van de Nehalennia-locaties bij
elkaar gebracht, met inbegrip van de waarnemingen van
het NAD. Op grond van die studie kon worden bepaald
dat de toenmalige omvang van het terrein op de
Archeologische Monumentenkaart te klein was. De nieuwe
omvang van het terrein van hoge archeologische waarde is
nu tweemaal zo groot als eerst.
De naam Nehalennia Archeologisch Duikteam
(www.nehalennia.com) is langzamerhand ontstaan.
Bér: "In het begin bestond de groep uit ongeveer elf
duikers en dat bleek te veel. Sinds 2005 is er een vaste
groep van drie/vier personen en daaraan is de naam
gekoppeld. De laatste jaren duiken we met drie personen:
naast mij Toni Cerkaski en Steven Wackenier. In de eerste
jaren maakten we jaarlijks wel tweehonderd duiken. Tot
2016 ligt het gemiddeld op vijftig tot zestig duiken per jaar.
De laatste jaren was het ook al minder omdat er vaker
slecht weer was, maar ook omdat door de hogere water
temperatuur het zicht onder water sterk is afgenomen.
Maar nu met de nieuwe Erfgoedwet, waarbij wij als
amateurduikers geen archeologische werkzaamheden
meer mogen doen, is het aantal drastisch gedaald."
Noordzee
Het NAD heeft in de loop van de tijd zijn duikactiviteiten
verder uitgebreid, onder meer naar de Noordzee, en heeft
ook nieuwe ontdekkingen gedaan. Zo zijn in 2006 ten
noordoosten van Colijnsplaat de resten van een of meer
wrakken ontdekt. Naar de resten van het 'wrak
Zeelandbrug' is in mei en juni van dit jaar in de Pilot
Zeeland (Zeeuws Erfgoed 2017-3) nader onderzoek gedaan.
Bij die evaluatie lijkt de Pilot Zeeland erg goed te scoren en
wordt het werk van het NAD binnen de afspraken van de
pilot zeer positief gewaardeerd.
Sterkendries: "In de Pilot Zeeland hebben we eigenlijk niet
anders gewerkt dan we voorheen deden. Wij hopen dat we
hebben kunnen aantonen dat wij, binnen gemaakte
afspraken en regels, een goede bijdrage kunnen leveren
aan archeologisch onderzoek en monumentenzorg onder
water. Als er voor duikende amateurarcheologen een aan
passing van de Erfgoedwet komt, ben ik bereid daarvoor
nieuwe investeringen te doen. Mijn hobby is me veel waard,
net als de rijke onderwaterarcheologie in Zeeland, waar
nog veel te ontdekken valt."
Robert van Dierendonck
Zeeuws Erfgoed 1 5 december 2017 04