Walcheren
Patrick de Jongh uit Middelburg meldde bij de SCEZ de
vondst van een bul of bulla, een pauselijk zegel van lood.
Hij had deze al in de jaren negentig gevonden met een
metaaldetector, op het perceel waar tot het eind van de
negentiende eeuw de kerk van Boudewijnskerke stond.
De bulla is van paus Innocentius IV (1243-1254) en heeft
een diameter van 4 centimeter en een dikte van circa
4 millimeter. De hoofden van de apostelen Petrus (rechts)
en Paulus (links) zijn erop weergegeven, met erboven het
woord SPASPE, een afkorting van Sanctus Paulus
Apostulus Sanctus Petrus Episcopus.
Boudewijnskerke wordt voor het eerst vermeld in een
oorkonde uit 1247. De kerk zal iets daarvoor zijn gesticht.
Daarin bevestigt de bisschop van Utrecht de abdij van
Middelburg in het bezit-/patronaatsrecht van een groot
aantal kerken. In 1247 wordt de kerk aangeduid als Sint-
Niclaaskerk die in de volksmond Boudewijnskerk wordt
genoemd. De kerk zal aanvankelijk vernoemd zijn,
waarschijnlijk op aandringen van de abdij van Middelburg,
naar de heilige waaraan hij was gewijd. Die naam heeft
het in de praktijk kennelijk afgelegd tegen vernoeming
naar de plaatselijke ambachtsheer, die de kerk stichtte.
De oorkonde is hoogstwaarschijnlijk in de abdij van
Middelburg geredigeerd. Daar hechtte men er blijkbaar
aan ook de oorspronkelijke naam te noemen. Omdat die
in onbruik was geraakt, is duidelijkheidshalve de naam
die iedereen kende toegevoegd.
Het is niet zeker of de bulla in verband staat met de
kerkstichting. Normaliter werd bij de stichting van een
parochiekerk de vergunning daartoe niet door de paus
maar door de bisschop gegeven, in dit geval die van
Utrecht. Daarnaast zijn er veel andere situaties waarbij
een parochiekerk of parochiepriester een pauselijke
oorkonde kon ontvangen. Bijvoorbeeld wanneer de pastoor
vergunning kreeg om meer dan één parochiekerk te
bedienen, of wanneer iemand tot priester mocht worden
gewijd ondanks onwettige geboorte. Ook een pauselijke
uitspraak in geschillen kon aanleiding zijn.
Indien de oorkonde waaraan de bul hing niets te maken had
met de stichting van de kerk, kunnen we alleen vaststellen
dat hij hoogstwaarschijnlijk in de kerk van Boudewijnskerke
werd bewaard. Naar de inhoud ervan kunnen we dan alleen
gissen. Aan de bul is niet goed te zien of hij aan een
zegelstaart van hennep of aan één van zijde hing. Bij een
zijden koord ging het waarschijnlijk om een plechtig stuk,
bijvoorbeeld een privilege. Bij een koord van hennep
vermoedelijk om een stuk met een meer zakelijk karakter,
bijvoorbeeld een opdracht, bevel, vergunning, vrijstelling of
verbod. (Met dank aan em. prof. dr. P.A. Henderikx, Veere.)
Afgelopen voorjaar verrichtte de Walcherse Archeologische
Dienst (WAD) samen met de AWN en Karel-Jan Kerckhaert
(SCEZ) verkennend onderzoek naar de ligging van het
middeleeuwse kasteel Zandenburg bij Veere. Het onderzoek
vond plaats vanwege de geplande 3D-animatie in het
project 'Veere 3D, een virtuele tijdreis'. Na een eerste sessie
met boringen, wat oppervlaktekartering en
weerstandmeting volgde een tweede met alleen
weerstandmeting. Die leverde namelijk het duidelijkste
beeld op. Vrij zeker is een hoek van het kasteel nu goed
in beeld, zodat de plattegrond beter kan worden
gereconstrueerd, mede aan de hand van verschillende
kaarten en (delen van) de plattegrond uit voorbije eeuwen.
Er volgt nog een onderzoek, om een zo betrouwbaar
mogelijke reconstructie te genereren voor de
3D-animatiefilm.
Een bulla uit Boudewijnskerke
Bulla uit Boudewijnskerke (foto P. de Jongh).
Onderzoek naar kasteel Zandenburg