Ruw materiaal
Het buitenwerk
Mechanisatie
Binnenwerk en afwerking
Afbeelding
Klompenbroodjes van
klompenmakerij Traas
bron: Pinterest
klompenkapper
In de jaren 1920 en 1930 vond een verschuiving
plaats van handmatig klompen maken naar
machinaal klompen maken. De eerste machines
werden door stoom aangedreven, later door
dieselmotoren, gevolgd door elektromotoren.
De overstap op machines vergrootte de productie
van acht paar klompen per dag naar aanvankelijk
twaalf klompen per uur. In de decennia die
volgden, ging de productie omhoog naar veertig
tot vijfenzestig paar klompen per uur.
Klompenmakerij Traas, opgericht omstreeks 1904,
stapte in de jaren 1930 ook over op machinaal
klompen maken. Jaap Kramer maakt nog altijd
machinaal klompen voor de verkoop.
De klompen worden al decennia lang op
traditionele wijze gemaakt. De productie begint bij
het kopen van de juiste bomen. Bij voorkeur koopt
de klompenmaker stammen uit eigen omgeving.
De beste boomsoorten zijn populieren, wilgen en
olmen van dertig a veertig jaar oud uit een polder
gebied of waterlandschap. Vroeger rooide de boer
de bomen in opdracht van de klompenmaker.
De stammen werden met een mallejan, een
door paarden getrokken vervoersmiddel voor
boomstammen, bij de klompenmakerij afgeleverd.
Tegenwoordig worden de boomstammen eens
per maand geleverd door een vrachtwagen.
Daarna gaat het productieproces van start.
Belangrijk is dat het hout vers en nat is. Het
voordeel van vers hout is dat dit een mooie witte
klomp oplevert, het voordeel van werken met nat
hout is dat het hout minder snel scheurt. De
stammen worden in stukken, ook wel bollen,
gezaagd. Dit gebeurt met de afkortzaag. De lengte
van een bol wordt bepaald naar welke maat klomp
de klompenmaker wil vervaardigen. Om te
voorkomen dat het hout scheurt, moet bij het
zagen van de stam de noordzijde van de stam naar
beneden liggen. De bollen worden met de lintzaag
Afbeelding hiernaast
De fijne boormachine
Foto uit 2020.
in vier gelijke stukken gezaagd. Hierna wordt met
dezelfde zaag het blok van schors, scheuren en
noesten ontdaan. De klompenmaker plaatst
vervolgens de blokken in de freesmachine.
De freesmachine ontdoet het blok van overtollig
hout en geeft het de juiste afmeting voor verdere
bewerking. De uiterlijke vorm van het gefreesde
blok lijkt sprekend op een brood, vandaar de
benaming klompenbroodjes.
Nu volgt de laatste stap van het buitenwerk,
namelijk het houtsnijwerk van klompenbroodje
tot de buitenkant van een klomp. Dit gebeurt in
de kopieermachine. In deze machine zit een mal
die dient als voorbeeldklomp. Aan weerszijden
van de mal wordt een broodje vastgezet. Om de
voorbeeldklomp draait een wiel die de vormen
van de voorbeeldklomp aanvoelt. Om de twee
broodjes draait een mes die de beweging
nabootst. Het ene mes volgt de beweging met
de wijzers van de klok mee, het andere tegen de
wijzers van de klok in. Zo snijdt de kopieermachine
zowel een linker- als een rechterklomp.
Dan is het tijd voor het binnenwerk. De klompen
worden eerst met een grove boormachine
uitgehold. Hetzelfde principe geldt als hiervoor:
de lepelboren volgen de beweging van de stompe
boor in de voorbeeldklomp. Wanneer het grove
boorwerk verricht is, wordt dit proces herhaald
door een fijne boormachine. Nu is het buiten
en binnenwerk klaar. Voordat de klompen
beschilderd kunnen worden, liggen ze veertien
dagen in een droogkamer opgeslagen. Na veertien
dagen worden de klompen geschuurd en geverfd.
Het schilderen gebeurt handmatig. De meest
traditionele en meest gevraagde variant is de
gele kleur met een (rood-zwart) motief. Vandaag
de dag dragen nog maar weinig mensen in het
dagelijkse leven klompen. Zo'n 80 procent wordt
dan ook verkocht als geschenk of souvenir.
Het gehele productieproces kan je met eigen
ogen aanschouwen tijdens een bezoek aan
Klompenmakerij Traas (www.klompen.com).
In de toekomst streeft Kramer naar de oprichting
van een levend museum. Hier zou het immaterieel
erfgoed van machinaal klompen maken
beschermd worden en vakmanschap opleidings-
gewijs overgedragen worden aan een enthousiaste
jongere generatie.
Vera Dorst
Dit verhaal is in een licht bewerkte versie ook te lezen op
www.zeeuwseankers.nl
24 -v
ZEEUWS ERFGOED
nr. 2 2020