Verloop van slavenreizen Economisch belang Slavenhandelaren Daarna zorgden oorlogen (waar Nederland dit keer bij betrokken raakte) en financiële crises voor de neergang van deze handeLstak. WaLcherse sLavenschepen voeren vooraL naar de kustLijn van de huidige Afrikaanse Landen Liberia en Ivoorkust. Ook enkeLe dorpen ten noorden van de Congomonding waren veeLvoorkomende bestemmingen. Op die pLekken kochten de Europese kapiteins steeds enkeLe honderden mensen in. Dat aankoopproces kon maanden duren. Die tijd brachten de mensen die aLs sLaaf waren aangekocht vooraL door op het tussendek van de sLavenschepen, een ruimte die vaak niet hoger was dan 1,3 meter. Overdag mochten zij aan dek komen om te Luchten, maar dan nam de bemanning maatregeLen om ontsnappingen te voorkomen. Zo was op het dek van sLavenschepen een Lange ketting gespannen, waaraan sLaven met voetboeien konden worden vastgemaakt. ALs de kapitein genoeg mensen had ingekocht, maakte het schip een trans-AtLantische oversteek. De meeste WaLcherse sLavenschepen voeren in de tweede heLft van de achttiende eeuw naar Suriname. Andere bestemmingen waren Berbice en Essequibo/Demerara, twee koLoniën die westeLijk van Suriname geLegen waren. Sommige schepen zetten koers naar Caribische eiLanden. Aangekomen in een van die koLoniën, werden de sLaven verkocht aan koLonisten. In de grote pLantagekoLoniën werden ze vervoLgens tewerk gesteLd op pLantages om producten aLs suiker en koffie voor de Europese markt te produceren. In die stad waren diverse sLavenhandeLaren actief die een vLoot van meerdere sLavenschepen beheerden. EnkeLe beLangrijke handeLaren waren Jan Swart, Jan van der Woordt en Adriaan Kroef. Sommige sLavenhandeLaren drongen door tot het stadsbestuur en enkeLe kochten fraaie Zeeuwse buitenpLaatsen. Het is opvaLLend dat sommige sLavenhandeLaren in de Late achttiende eeuw Patriotten waren. De Patriotten waren verLichte vernieuwers die de maatschappij wiLden hervormen. Hun verLichting ging echter nog niet zo ver dat zij de sLavenhandeL aLs onmenseLijk beschouwden. Ook in MiddeLburg (destijds minstens 17.000 inwoners) waren meerdere sLavenhandeLaren actief. In die stad was zeLfs het grootste NederLandse sLavenhandeLsbedrijf gevestigd: de MiddeLburgse Commercie Compagnie (MCC). Deze compagnie uit 1720 hieLd zich tussen 1755 en 1800 vrijweL excLusief bezig met de handeL in Afrikanen. Het bedrijf heeft ook een van de beLangrijkste materiëLe sporen van de NederLandse sLavenhandeL nageLaten: het MCC- archief. Dat tientaLLen meters Lange archief bevat scheepsjournaLen, brieven, vergaderstukken en zeLfs de compLete boekhouding van deze grote sLavenhandeLaar. Het archief is zo uniek dat UNESCO het heeft toegeLaten tot het Memory of the World-register. Vandaag de dag Liggen de MCC-stukken in het Zeeuws Archief in MiddeLburg en kan iedereen ze ook thuis inzien. Het heLe archief is nameLijk gedigitaLiseerd en onLine beschikbaar op archieven.nL. Afbeelding Enkele schepen van de MCC door Engel Hoogerheyden, Zeeuws Archief, Stadhuiscollectie Middelburg. De verkoop van slaven in Afrika uit Brantz Mayer, Captain Canot; or, Twenty Years of an African Slaver (1854). ZoweL in VLissingen aLs in MiddeLburg was de sLavenhandeL in de achttiende eeuw een forse handeLstak. Het destijds kLeine VLissingen (ongeveer 6.000 inwoners) speeLde de hoofdroL. De sLavenhandeL was ook in de achttiende eeuw niet onomstreden, hoeweL de tegenstand in NederLand zeer beperkt bLeef. Deze handeLstak was voLLedig geïntegreerd in de LokaLe economie. VoLgens de sLavenhandeLaren van toen was hun handeL "seer avantageus voor dese provintie". De directie van de MCC in MiddeLburg sprak van nr. 3 2020 ZEEUWS ERFGOED 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2020 | | pagina 5