UITGELICHT Vlasteelt De bewerking Het roten 'Rooterij Dreischor', gebouwd in 1920, waar het vlasroten in vier betonnen bakken, inhoud 30 m3, met warm water gebeurde bron: Stad Lande, 2021,1 van de Westdijkstraat (z/o) in de vijftiger jaren (3)'; Jans Boone-de Hamer, 'Herinneringen aan angstige en spannende dagen'; Hans BosteLaar, 'ArcheoLogierubriek'; L.C. SchouLs, '1953, een rampjaar van een andere orde'. Vereniging vrienden van het muZEEum en het Archief van Vlissingen Den Spiegel, 2021, 2 Aafke Verdonk Rodenhuis, 'Van werfterrein tot woonwijk'; Adri Meerman, 'ScheLde- kwartier'; Aafke Verdonk Rodenhuis, 'ScheLdeterrein'; Ad Tramper, 'Archiefnieuws en boekbespreking van Kees de Baar, De KoninkLijke Postvaart VLissingen- EngeLand (VLissingen 2020)'; PoL Verbeeck, 'Met andere ogen naar een nieuw muZEEum', Polderhuis Westkapelle Polderhuisblad, Wasschappels Magazine, januari 2021 Piet Minderhoud en Jan KaLand, 'Langs het tuinpad van mijn vader (6)'; Jakko Westerbeke, 'De Tank door je jaren heen (2)'; NeLLeke Wouters, 'Dromen en oogsten', Vereniging Vrienden van het Historisch Museum De Bevelanden De Spuije, voorjaar 2021 JacqueLine Baajens, 'Het Goesche Wonder- meisje'; ALbert L. Kort, 'Uit het Leven van een diender in Goes'; Hester van Rees, 'Jantje de Prentenknipper'; Boudewijn Huenges Wajer en Theo Wajer, 'De Zeeuwse schipper Pieter de Waejer de La Rue nader beschouwd'; Jan de Jonge, 'Ziekenzorg en wjkverpLeging in KapeLLe en BiezeLinge, 1898-1965'; Mandrie Harinck, 'HoutzaagmoLen De Eendracht, Oudheidkundige Kring 'De Vier Ambachten' Bulletin, 2021, 1 Jan van Loo, 'Feest in de parochie'; Peter ZwaaL, 'Graauw op retraite in Seppe (1918)'; Frans de Rycke, 'Pieter de Rjcke en Barbara Maes van AbsdaLe naar Lokeren'; Marc Buise, 'Het graf van de famiLie VogeLvanger gerestaureerd', Heemkundige Kring West-Zeeuws-Vlaanderen Tijd\Schrift, 2021, 1 Rogier Rjpkema, 'Een bijzonder MetaLen Kruis'; DanièL De Baets, 'Henriette de Groede'; André Bauwens, 'De kwestie Majken Goethert of het ontbreken van de menseLjke maat bij kerkenraden van Oostburg en IJzendijke in 1637'; Arco WiLLeboordse, 'Cadzandse goudmakreeL op Oostburgse Likeur. De novemberorkaan van 1836 en een stranding'; André R. Bauwens, 'Een foto uit vervLogen dagen'; Marja A.C. de Groote, 'De geest waait waarheen hij wiL'. Heemkundige Vereniging Terneuzen Nieuwsbrief, 2021, 1 P.C. Geensen, 'De memoires van Pieter CorneLis Geensen deeL 2'; José van Houdt, 'Het verhaaL van de brug over het binnen- sLuishoofd van de OostkoLk'; José van Houdt, 'Nieuwbouw op het oude kruitmagazijn van Bastion VI', In Stad Lande schrijft Jan de Jonge over 'De vlasserij te Dreischor'. In de tweede helft van de negentiende eeuw was Dreischor het middelpunt van de vlasbewerking, op het hoogtepunt waren er maar liefst tachtig vlassers actief op Schouwen- Duiveland. Nu is er van de vlassers en de bloeiende vlasserij weinig over. De kLeine boeren vormden vroeger een aparte stand tussen die van de grote boeren en die van de Landarbeiders. Ze hadden maar enkeLe gemeten grond waarop ze bewerkeLijke gewassen aLs uien en bruine bonen verbouwden. In 1868 kregen ze - door de huLp van koopman en schipper Hendrik Pietersz. Barendregt - de mogeLijkheid om krediet te verkrijgen, waardoor ze vLasschuren konden bouwen en vLas kopen bij de omringende Landbouwers. VLaszaad was vaak afkomstig uit RusLand. Midden maart begon men bLauw- of witbLoeiend vLas te zaaien. Het eerste bracht meer op maar was gevoeLig voor ziekten, het witbLoeiende bracht weL minder op maar had een stevigere stengeL zodat het niet zo sneL neersLoeg. De vLassers sLoten pacht overeenkomsten met de boeren, en op Sint-Jan (24 juni) werd het 'Sint-Jans- beraad' gehouden en kon de overeen gekomen pachtsom bij tegenvaLLende oogst nog herzien worden. In de tweede heLft van juLi werd het vLas gepLukt. Vijf of zes handen vLas werden tot een bosje gebonden en op de akker tegen eLkaar gezet om te drogen, waarna het in de vLasschuren werd opgesLagen. Men kon voor het opsLaan ook terecht op een zogenaamd stapeL hof, waar men het vLas tot een kLamp opstapeLde. In Dreischor was zo'n stapeLhof aan het einde van de huidige Goemanstraat. In de zomer werd aL begonnen met het repeLen, waarbij de zaadboLLen van de stengeL werden geritst met behuLp van een grove kam. Het beste zaad werd gesorteerd voor zaaigoed. De LijnoLie uit het zaad vond verschiLLende toepassingen. De voLgende bewerking was het roten, nodig voor de vezeLontsLuiting. Door water of dauw Loste de aanwezige kLeefstof (pectine) op en kwamen de vezeLs Los van de bast. Men kon dauwroten op veLdstoppeLs of sLoot- roten. Dat Laatste ging sneLLer, maar er was weL een vergunning nodig van het poLderbestuur om vLas te roten 'in 's poLders watergangen/waterLeidingen'. CorneLis van BLoois, een vooruit strevende Landbouwer en zakenman voerde het 'zinken' in. Het vLas werd dan in afgedamde sLoten bedekt met een Laag modder, die met een Laai (een schep met een breed bLad en Lange nr. 2 2021 ZEEUWS ERFGOED 29

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2021 | | pagina 29