Water nog eens nat en nagenoeg onbegaanbaar waren, en in aLLe opzichten daarom minder waardevoL voor een boer. Dit onderscheid kan geen toevaL zijn. Een ode aan het Landschap werd er in de verhaaL- cuLtuur op het negentiende-eeuwse pLatteLand niet gebracht; het Landschap is eerder het decor voor angstaanjagende gebeurtenissen en de verhaLen zeLf dienen veeLaL om daar greep op te krijgen. Verder onderzoek is noodzakeLijk om deze en andere aspecten van de immateriëLe reLatie tussen mens en Landschap bLoot te Leggen. VerhaLen zijn daarbij een beLangrijke bron van informatie over hoe mensen zich tot hun omgeving verhouden en weLke ontwikkeLingen zich daarin in de Loop van de tijd hebben voorgedaan. Akkers en weilanden Van het door boeren benutte Land stonden weiLanden opvaLLend vaak in een kwaad dagLicht. Een enkeLe keer speeLt een verhaaL zich af op de vruchtbare akkers, waar men bijvoorbeeLd op onverkLaarbare wijze tijdens het werken steeds met kLuiten werd bekogeLd, of waar de Ossaert (een kweLgeest) zich voor een pLoeg Liet spannen. Dat Laatste overigens zonder succes, de pLoeg- voren keerden zich achter zijn rug aLLemaaL weer om. De kweLgeest verhinderde dus dat het Land productief benut kon worden. Maar meestaL waren juist weiLanden het toneeL voor voLksverhaLen, de vaak Lager geLegen gronden die in de winter ook Afbeelding Weilanden spelen een belangrijke rol in volksverhalen. Omgeving 's-Gravenpolder foto Ben Seelt, beeldbank.zeeland.nl. Aan de zee werd een rol toebedeeld in het barensproces. Het getij zou daarop invloed hebben, al is de werking in verschiLLende gebieden anders. Stilstaand water, in sloten en poelen bijvoorbeeld, is eveneens aanwezig in volks verhalen, maar dan als de te mijden plek, waar Jan Haak (een kinderschrik) kinderen in het water probeerde te trekken. Van eenzelfde orde is de 'teênensnaier'. Deze korengeest sneed de tenen af van kinderen die door het hoge graan Liepen. Een verhaaL dat werd ingezet om kinderen ervan te weerhouden over akkers te Lopen waar zij onvermijdeLijk gewassen zouden vertrappen. Jeanine Dekker Belangrijkste literatuur - Willem de Blécourt e.a., Verhalen van stad en streek, sagen en legenden in Nederland, Amsterdam 2010. - Marco Evenhuis, De mooiste Zeeuwse mythen en sagen, Hoevelaken 2005. - Jan J.B. Kuipers, Dwaallichten in de Delta: volksverhalen, schedels en schatten en andere wetens- en merkwaardigheden uit het Zeeuwse, Goes 1988. - PJ. Meertens, Een Zeeuwse volkskundige enquête uit 1860, Amsterdam 1961. - J. Vader, Walcherse tovenaars en wonderdokters, in: Neerlands volksleven 15 (1965) nr. 1, 114-121. - Joh. de Vries, Het spookte in Zeeuwsch-Vlaanderen, volksverhalen, Terneuzen 1971. www.zeeuwseankers.nl nr. 3 2021 ZEEUWS ERFGOED

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2021 | | pagina 7