KriiiiniiitE
TIJDSCHRIFTEN
ZEEUWS ERFGOED
nr. 3 2022
29
Zeeland. Tijdschrift van het Koninklijk
Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen
31/2 (2022) p. 49-96.
Barbara van Benthem Jutting, ‘Tera van
Benthem Jutting, een website een blog’;
Eveline van der Pool, ‘Een wapenstilstand uit
1422: de toenemende zelfstandigheid van
de Staten van Brabant, Holland en Zeeland
in de late Middeleeuwen’; André van der
Veeke en Jan Kuipers, ‘35 jaar Ballustrada.
Literair blad vanaf 1987 ‘tot het einde der
tijden’; Jan van Damme, ‘Fapade 2022,
reuring en plezier’.
Nehalennia. Archeologie, cultuurhistorie,
streektaal en volkscultuur van Zeeland en
Goeree-Overflakkee 216 (zomer 2022) 41-80.
Gerard van Velde, ‘Bunkerbouw in Cadzand
tijdens de Tweede Wereldoorlog’; Arco
Willeboordse, ‘Minder artistiek, maar meer
natuurgetrouw. Deel 1’ (over de Verkade
albums over Zeeland); Rie Rosmolen-
Murre,’In gesprek met Joos Heerebout’;
Paul Heerschap, ‘De onthulling van een
gedenkteken voor Johannes Goedaert,
fijnschilder en entomoloog’.
Bulletin Stichting Oude Zeeuwse Kerken 86
(1 april 2022) 1-24.
G.J. Lepoeter, ‘Het zevengetjdencollege in
de H. Maria Magdalenakerk te Goes’;
Thomas H. von der Dunk, ‘”Wel een loffelijk
herbouwen gelijk het voor den laatsten
brandt is geweest” De vier totaal
verschillende versies van den Middelburgse
Abdjtoren.’; Leo Hollestelle, ‘Een kerk als
cultuurtempel’; G.J. Lepoeter, ‘In Zoutelande
staat een kerk’.
Dirk H.A. Kolff, Ad
Tramper (beeldred.),
Frans Naerebout
(1748-1818) en het
Vlissingen van zijn tijd.
Loods en burger van
een stad in verval
(Zutphen: Walburg
Pers, 2022) 510 pag.;
ill., foto’s, grav., tek.,
krt., plattegr.; ISBN
978-94-6249838-9. De schrijver (zoon van de
voormalige Vlissingse burgemeester B. Kolff)
is emeritus-hoogleraar Moderne Geschiedenis
aan Universiteit Leiden. Deze studie is niet
alleen een biografie van Naerebout maar ook
een stadsgeschiedenis van Vlissingen in de
tweede helft van de achttiende eeuw.
Naerebout redde tientallen opvarenden van
VOC-schip Woestduin, verrichtte nog talloze
andere heldendaden op zee, maar maakte
zijn bijdragen van diverse auteurs
opgenomen die gewijd zijn aan graficus en
beeldend kunstenaar Frits Lensvelt (1922
1992). Naast een beschrijving van Lensvelt
als graficus zijn dit vooral herinneringen. Frits
Lensvelt werd geboren in de omgeving van
het dijkhuis buiten Veere en woonden en
werkte onder meer in Frankrijk, Spanje,
Portugal, Brussel, Antwerpen, Dordrecht en
uiteindelijk in Krabbendjke. Lensvelt werd
een ‘kunstenaars kunstenaar’ genoemd en
bewonderd om zijn autodidactisch vakman
schap, zeggingskracht en humor die sprak
uit zijn houtsneden en etsen. Het geheel is
voorzien van veel persoonlijke foto’s van
Lensvelt en afbeeldingen van zijn grafische
werk en foto’s.
officieren en het kraken van de Enigma code
door de Engelsen. Vervolgens wordt de
Slag om de Schelde in de Scheldestad
beschreven, met de nadruk op de strijd
om het hotel. Hierna volgen een nawoord,
literatuurverantwoording, gebruikte
archivalia en twee bijlagen met officiers
rangen en eenheden van de marine in
de Slag om de Schelde. Met register en
fotoverantwoording en een bijlage met een
archeologisch rapport van het onderzoek
naar de bunker.
Ellen de Vriend, De
weduwe. Een familie
geschiedenis (Prinsen
beek: Davey Jones
Publishing, 2022) 160
p.; ill., foto’s; ISBN
978-94-6449183-8. De
jonge bakker Jan uit
Kampen gaat in 1902
in Heinkenszand
werken bij de we
duwe Dina die een eigen bakkerij heeft. De
twee krijgen een relatie en trouwen. Het
echtpaar emigreert naar de VS en de we
duwe keert berooid terug met haar zeven
kinderen. Een zwaar leven van armoede,
ontberingen en epidemieën volgt. De auteur
neemt de lezer mee in drie eeuwen familie
geschiedenis vanaf 1789, waarbij Jan en Dina
en de periode 1879-1919 de hoofdmoot
vormt, maar ook de voorvaderen in acht
hoofdstukken aan bod komen.
Frank de Klerk, In de
Polder bij elkander.
Het korte leven van
Jan van den Bosch
(1830-1850) in brieven
(Goes: Het Paard van
Troje, 2022) 207 pag.;
ill., foto’s, krt., tek.,
grav., tab., plattegr.;
ISBN 978-90
8320254-9. De broers
Jacob en Jan van
den Bosch uit de Wilhelminapolder bij Goes
emigreren in 1848 naar de VS. Van Jan zijn 85
brieven overgebleven die hij aan zijn familie
schreef tijdens zijn verblijf op een kostschool
in Duitsland en Leiden en later vanuit
Antwerpen en de VS, waar hij les gaat geven.
Jan sterft al op 20-jarige leeftijd als de beide
broers Jan en Jacob - afkomstig van een
nette en opgeleide familie - op drift zijn
geraakt. De Klerk geeft een inleiding op de
familie en Jan van den Bosch, waarna hij een
beschrijving van de de familie Van den
Bosch geeft. In de hoofdstukken 2 t/m 7
komt vervolgens het leven van Jan voorbij
waarbij zijn jeugd in Wilhelminadorp, kost
school in Neuwied, werk als gymnasiast in
Leiden, vertrek vanuit Antwerpen naar de VS,
werk als docent Frans en Duits en terugkeer
naar Middelburg en overlijden in Marburg
centraal staan. Citaten uit brieven worden
afgewisseld met begeleidende tekst. Met
drie bijlagen, noten, bronnen en literatuur
en een woord van dank en verantwoording
van de gebruikte afbeeldingen.
Vlissingen ook mee
als stad waar smokkel, kaapvaart en slaven
handel welig tierden, Oranjeliefde leidde
tot schaamteloze plundering en molest en
godsdiensttwisten werden uitgevochten.
In vele korte en overzichtelijke hoofdstukken
gaat de schrijver in op alle facetten van het
leven in Vlissingen en dat van Frans en
Jacob Naerebout. Die bijdragen zijn na het
voorwoord en inleiding verdeeld over zes
delen: de gebroeders Naerebout en de
broederschap van Vlissingers; het verlies
van het oude burgerideaal; het Vlissingen
van de Bataafse tijd; de flottielje, de armoede,
de stank en de smokkel; de neergang van de
werf en de belofte op Oost-Bevelanden een
held voor een verdrietig Zeeland. Met na
woord, verantwoording van de afbeeldingen,
literatuurlijst en register. Beredeneerd
notenapparaat bij het boek is op de website
van de uitgever te vinden.
Hans Sakkers, Hans
Houterman Peter
Heijkoop, Bunkers
rond hotel Britannia
1940-1944. Duits
marinehoofdkwartier
in de Slag om de
Schelde (Vlissingen:
Stichting Bunker-
behoud, 2022) 185
pag.; ill., foto’s, krt.,
tek., plattegr.; ISBN 978-90-8091043-0.
Van alle bunkers die rond Hotel Britannia
werden gebouwd is alleen nog de
commandobunker over, weggestopt onder
het plantsoen voor de Besevaer-Flat.
Bij de bevrjding van Vlissingen in november
1944 werd er fel gevochten rond deze
bunker waarbij de Duitse commandant
krijgsgevangen werd gemaakt. In drie grote
hoofdstukken wordt ingegaan op de vesting
Vlissingen voor en tijdens de oorlog, de
bunkers rond het hotel en de dienstdoende
Wim de Meester en
Kees Stoutjesdijk,
De luchtoorlog boven
Zeeland. Deel 4b 1944
1945 Zuid-Beveland
(Middelharnis:
WW2research, 2021)
314 pag.; ill., tek., krt.,
tab., foto’s; ISBN 978
90-826010-7-7.
In deze twee delen
van de reeks, waarin reeds Schouwen-
Duiveland, Noord-Beveland en Zeeuws-
Vlaanderen werden beschreven, ditmaal
Zuid-Beveland als onderwerp. Er wordt een
zo volledig mogelijk beeld gegeven van de
militaire acties in de lucht en het lot van de
daarbij betrokken bemanningsleden en
lokale bevolking. Aan bod komen onder
meer de inzet van de Armée de l’Air en de
Aéronavale in de meidagen van 1940. Zo ook
de plaatsing van de 76: Anti-Aircraft Brigade
na de bevrijding van Zuid-Beveland. Die
bevrijding werd afgedwongen door massale
luchtsteun aan de grondtroepen, waarbij 97
burgers door luchtgeweld om het leven
kwamen. Niet minder dan 87 vliegtuigen
gingen verloren. Na de bevrijding bleef de
regio frontgebied door de massale V-1
aanvallen op Antwerpen.