=47 ben van adönia's verborgene maatregelen en daarom ten eerden het doodvonnis zou de hebben geveld. Echter heeft ook dit zyne bedenkinge, nademaal ons de Hifto- rie niets van zodanige inblaazinge meldt, 'twelk zekerlyk wel waardig geweest was aan te tekenen, zo wel als 'tgene in 't ver volg gemeldt daat van die uitnemende ga ve der wysbeiddie salomo na deze Rechtspleging verkreeg, geiyk uit den draad der gefchiedenis ten vollen blykL (e) Ook fchynt dit begrip meer te ontdaan uit verlegenheid, hoe men dezen handel best plooijen zal, dan uit volle overreding. In dien men het fluk op eene andere en een voudiger wyze verklaaren en verdedigen kan, heeft men veel meer gewonnen, zon der bloot te daan voor de pylen van het ongeloof, 'twelk, gewoon zynde met alle Goddelyke ingevingen te fpottenwellicht over dit geval niet gundiger denken zal, ons verdenkende, als of wy, om eene ne telige of kwaade zaak goed te maken, Deum ex Machina, eene Godheid van achter de ichermen op het toneel voerden, om eene verwarde zaak door een mirakel op te los- fen. Hoe hoog dan ook in waarde de God delyke Ingevingen by my daan, oordeel ik het echter voorzichtigst, dezelve niet te Q. 4 derk (e) i Kon. III. 5 enz.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 305