2 <51 welke hy zoekt in davids eigendom op haar, vind ik veel eer in vry wezentlyker omftan- dighedenwaar uit my ten klaarften blykt, dat haar Perfoon (hoe onnozel ook en on- Ichuldig mogelyk voor haar zelve) van ha re opkomst aan, ten Hove het allergevaar- lykst voorwerp was, waar omtrent de min de onderneming genoeg was, om salomo ie oogen te openen. XLII. Dit zal nader blyken, als wy eer- lelyk overwegenlangs welken weg zy 't eerst ten Hove gekomen is: van welke zaak meer afhangtdan in 't algemeen wordt opgemerkt. De eerfle aanleiding wordt ons gemeldt, iKon. 1i. De Koning David nu was oud en weibedaagd: en zy dekt en hem fiet klederendoch hy kreeg geene warmte jüoorgaans wordt dit eenvoudig verklaard fan eenen zo afgeleefden ouderdom, waar door alle zyne levenskrachten waren uitge- ïut ,zo dat hy niet alleen behendig genood- laakt was het bedde te houden tot zyn lood toemaar ook genoegzaam alle zyne ratuurlyke warmte vervlogen was. Met een v/oordFrigidus Senex een oud en koud man. XL1I1. Ik erken davids hoogen ouder lom, die natuurlyker wy ze verzwakking en vermindering van doorllraaling en warmte medebrengt; maar het komt my geenzins Iso zeker voor, dat het dus verre onherhel- R 3 baar

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 319