262
baar met hem geworden was. Ik vind in
tegendeel blykendat hy noch daar na te
kenen genoeg van krachtenzelfs boven zy-
ne jaaren getoond heeft. Dit blykt uit
vergelyking van t Chron. XXVIII. en
XXIX. daar men hem zeer bezig vindt
met de zaamvergaderde Hoofden des Volks,
om met hun zo wel als met salomo fchik
kingen te maken, ter gelegenheid van des
zelfs aanftellinge in zyne plaatfe. Die om
Handigheid vereischte zo wel ligchaams- al
geeftes krachtenen zyne Redenvoeringei
ter dier gelegenheid behelzen blyken var
een zeer vasten Ouderdom. En, laat di
alles eens voorafgegaan zyn voor adonia
aanüag ('t gene ik noch niet klaar zien kan
dan moet het evenwel niet lang te voren ge
beurd zyn. Nu is het naauwlyks te denken
dat de zwaare gebreken van den ouder
dom,en dat volflagen verval van ligchaams
k ragt en hem zo plotfeling zouden overval
lenen voor altoos in het toekomende ge
veld hebben. Dat ook de Teelkracht zoge
heel en voor altoos in hem noch niet uit
gebluscht wasblykt uit vers 4 van da!
Hoofdjluk. Want zo de ontkenning aldaar en
kel van de daad zelve te verftaan wareen
dit aan de machteloosheid van zynen ou
derdom ware toe te fchryven, zoude deB
Scnry ver ons niet veel nieuws geleerd heb*