C 287 reeds overvloedige preuven van genade en een Broederlyk hart gegeven hadde, ado- nia pardon gevende, op eene allerbillykfte voorwaarde? Wiens fchuld was het dan, dat deze bal eens ten einde rolde Staatkundi gen en Rechtsgeleerden hebben meermaalen opgemerktdat het altoos zorgelyk isen zel den raadzaam, op misdaaden van hoog ver raad en gekwetjle Majejleit of foortgelyke zwaare overtredingen, gratie en pardon te verleenen. (x) wegens de kwaade gevolgen die zulks voor het gezag der wetten, de zekerheid der regeeringeen de rust en welvaart der gantfche maatfchappye veel- tyds medebrengt. Daar nu salomo reeds zo veel toegevenheid gebruikt had, kan elk oordeelenwat gevolgen het zoude ge had hebben, indien hy thans niet ftrengelyk hadde doorgetast. OntwyfFelbaar was zyne kroon dus alle oogenblikken in gevaar, en zyn leven niet minder. Men had reeds blyken genoeg, wat 'ervan adonia met zyn machtigen aanhang te wachten ftond en het voorbeeld van absalom was noch versch (x) Zie onder anderen Mr. g. noest, Algemeen Staats recht i7i den Vrede e?t Oorlog. II B. Hoofdft. XX. p. 451» 454, 455, op welke laatfte bladzyde zyn Ed. Geit het, zonderling geval met Hendrik den II. Hertog van Montmo rency by brengt ,wien noch de luister der geboorte, noch. de perfencekverdienftenvan de verdiende doodlirnf bevryden konden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 345