296 mede: dan ik wil my deswegens in geengefchil inlaten. Om kort te gaandie de eerJledV, Jlukken volmaakt ver (laat, heeft geen ver den onderrechting noodigmaar kan zoo wel we gens het Vyfde als Zesde nopens de kunsttak len by anderen zelfs in 't Nederduitsch, n recht raken. Echter zal ik in'tlV. fluk fom wylen het nut en gebruik der kunsttallen lata invloeijenalzoo verfcheidevooral fpekula tive, vragen niet anders op te losfen zyn. Ik wete voorafdat meenig Lezer na 't li- zen van 't voorjlaande met horatius volgen HUYDECOPERS vertolking zal uitroepen Wat heeft men toch te wachten Van zulk een' fnoeshaandie niet ken zyne eigen krachten? 'v De bergen dreigden eens te baren, m en wach w Maar och wat kwam'er? een klein mé ken voor den dag." zeggende dat 'er wel 100. en mogelyk 1000, Cyjerboekjes van die breuken handelenDé men oordeele nietvoor dat men deze prctj zal getoetst en tegen andere fchryvers ver gek ken hebben. Indien ze dan niet voldoetbt love ik en de Lezers en my zeiven van ver dere moeite te ontjlaan. Anderendie moge' gelyk zullen denkendat het myn perfoon niet pasjemet zoodanige eerfle beginfelen voor dei dag te komen, meene ik niet te beantwoorden I. AF

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 354