C 3-10
I. AFD,
opgaan, en dus kan zoo de Noemer 119.
als Teller91. door 7. juist gedeeld worden:
't gene te bewyzen was.
7. Uit dit Bewys kan men teffens be-
fluitenzoo 'er in deze manier van verkor
ting een ondeelbaar getal numerus primus
overfchiet 't welk in den vorigen deeler
piet juist opgaat, gelyk in 't 3. voorb. 31,
niet opgaat in 660. dat men dan maar uit
te fcheiden hebbe, dewyl het een zeker
teeken isdat het eindelyk op de Eenheid
zal uitkomen. Want ik noeme ondeelbare
getallen numeros primosdie geen mul
tiplum zyn van eenig heeltal buiten de Een
heid, Zie breeder hiervan V. Hoofdft. 4
8. Als het op de uiterfte naaukeurig-
heid niet aankomt, en men alleenlyk de
naaste waarde in kleiner getallen begeert,
bediene men zich van de handelwyzedoor
my voorgedragen in 't I. Deel der haarl.
Verhand, bi. 23. Dus kan de waarde van
ons 3. voorb. fggy genoegfaam voldaanals
men ze brengt tot op deze wyze
Men neme de vier eerde uitkomden (Quo-
tïentes) 1. 2. 3. 4. en vermeenige de 2. laat
de, 3. met 4=12daar altoos 1. by, komt
13dit vermeenigd met even voorgaande
2maakt 26en aaarby de laatde uitkomst
4 i komt 30dit weer vermeenigd door de
voorg. uitkomst, die hier 1. is, blyft 30;
en