IV. HOOFDSTUK. 313 Etm. en dit vermeenigen door 4. Doch vooreerst weet een Leerling noch niets van de multiplicatio der breuken, en ten ande ren is het dubbele moeitedaarom houde men zich in diergelyke gevallen aan den eerllen regelals in voorb. (b). VAN DE HERBRENG1NG TOT BREUKENJ reductio GENAAMD. 1. Deze is het tegendeel van de op lossing der Breuken, te weten, om klei ner foort van munt, maat, gewicht, tyd enz. tot grooter te brengen. Hoe dit moet gefchïedenblykt klaar genoeg uit ons 7. Hoofdfi. 7. Dies zullen wy aanftonds tot ettelyke voorbeelden en derzelver bereke ning overgaan. jg. hoofd. (a) 12. ftuiv. wat gedeelte is 't van 1. GP (b) 12. penn. wat breuk zoo van 1. ftuiv. als van i.GI. (c) 2. Gl. 2. ituiv. van een gouden Dukaat? (d) ill. Once wat breuk van 1. Pond? (e) 8. Uren 20. Min. van 1. dag? (f) 125. wat gedeelte van 300? Ca) Jf Verkort door 4. komt f Gl. (b) Insgelyks door 4. is 4 ituiv. V 5 Voorts

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 373