329
8. HOOFD.
Men wil een muur nietfelen 42. Voet lang. 13!
hoog, en ii Voet dik, van gebakke fteenen 9.duim
lang, 6. breed en 2. dik. Hoeveel heeft men 'er toe
noodig?
9 duim is V: 6. d. is 1 V: 2. d. is V: deze alle als
Dceiers omgekeerdkomt de berekening aldus
j ,'Lj.i ;lv >.t - fft.-t
4 2 42 55 3
V I .1 Ij 41 *j»C"'*'V.l,'
I II
Bygevolg 3 m. 55. is 165, en 2 m. 42. is 84,
_S4
13860. Steenen antw.
2. Mogelyk zal iemand vragen, 'waar
om men in de Deeling der breuktallen niet
zoo wel de Tellers als Noemers opzichte-
lyk door een deele, gelyk men ze in de,
Vermenging vermengt, 't Antwoord is
dat zulks eigentlyk moest gefchieden doch
dewyl 'er alsdan vry misfelyker breuks
breuken tot antwoord komendan de vraag
zelve is, dient men een' anderen wög.te
zoeken. B. V. in 1hoe dikmaaJs Zoo
ik de Tellers door 3. deele; komt fen
2. door 4komt of Dus zou het antw,
wezen j gedeeld door L Om nu dezemis-
en moeilykheid te ontgaan dient men
beide breuken onder éénen Noemer te
fcrengen y en dus te vragenhoe veelma-
X 5 Jen
660
1320