4*7 menmet de andere handde dyen even boven de knien vast heeftmen haalt dan het kind, met de gezegde voorzorg, het zelve draayende in diervoegendat het met het aangezicht naar het heilig-en ftaartbeen gekeerd komt te leggen. Het kind op de gezegde wyze tot aan denhals uitgebracht zynde zal men, indien 't hoofd niet ge- makkelyk volgen wil, de armen uithaalen eerst die het meest naar onderen legt, en daar na (zulks noodig zynde) den ande ren, zorge draagende dat men dezelve niet breke. Het hoofd dan noch niet uitko mende zal men de eene hand op den rug van het kind plaatlenen den zeiven omvat ten, in diervoegendat twee vingers op de fchoudersen de duim en de ringvinger on der de oxels leggen waar na men de twee voorfte vingers van de andere hand in den mond van het kind brengt, en zoo plaatst, dat de fpan-ader tusfehen beide legt, en men haalt dan het hoofd, met beide de handen te gelyk, uit de geboorte, zorge draagende, zoo veel mogelyk is, om de fcheuring van de bilnaad voor te komen. <5 17. In 't geval, daar de verfchikking gedaan is op de wyze 11. gemeldmoet de aftiaalinge eenigzins verfchillende zyn. Men moet de hand langs de on der leggende! dye (die dan dwars 'voor de lyfmoedersmond D d legt)

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 481