472 XII. Om alle welke redenen verftan- dige en onbevooroordeelde vernuften my wel zullen willen toegeven, dat hier de Va der der Geloovigen op eene oordeelkundi ge wyze is te werk gegaan, en nietdan na een naawkeurig befchouwen en doorloopen der gefterntensdie toen boven zynen Ge- zigteinder waren, met regt, tot derzei ver volftrekte ontelbaarheid befloten heeften datby gevolgde oogen van 's Mans lic haam bovennatuurlyk zyn verfterkt ge worden en hy meer voorwerpen in die zee van waerelden heeft kunnen ontdekken, dan wy door de beste verrekykers en telefcopen met eenige mogelykheid ontwaar kunnen worden. Hy die de oogen in ons voorhoofd geplant en den blindgeborenen 'tgezigt heeft wedergegeven Hy die de Inbeeldingskragt der Propheten en Digters op eene verba zende en verrukkende wyze zoo menigwerf verlevendigd heeft, zou die ook, tot ver- fterkinge van Abrahams geloof dit wonder- ftukdit overtuigend bewys zyner Almag- tige Genadekragtdit volledig vertoog der onfeilbaarheid van de aanftonds volgende Godfpraak, niet hebben kunnen ter uit voer brengen Streed het tegen zyne Wys- heid, Heiligheid of eenige andere deug den? XIII, Het tweede gevaldat ik bedoe- le,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 536