C 5&>
achtig dat 'er ene opening in de aarde is
daar een geblaas, en gantsch hemelfche
damp uitkomt, die haar Godfpraken doet
voortbrengen". Ook was het waarzeg
gen door Oobh al lang in trein voor het ge
bruik van den Drievoetdie alleen was be
dacht, en boven den mond van 't hol te
Delphos geplaatst- om de uitwerkinge van
den onderaardfchen wind te leenigen, en
draaglyk te maken; ten einde de bezoe
kers van dit (g) Heiligdomeer noch ene
maagd ten dienfte van Python was ingewyd,
zich niet mogten verroekeloozen, endoor
den opilygenden dwalm Ipoorbyfter ge
raakt in die opening mogten infpringen en
omkomen, het geen al meer dan eens ge
beurd was. Dus het ftryden zoude met het
oogmerk van de verzinneren des Drievoet s
ene opening in deszelfs bodem met den (h)
Heer harenberg te onderftellenop dat
Pythia dien waasfem daar door mogt ont
vangen. Want zulk een gat zoude meer
gediend hebben om de kracht van die uit-
waasfeming te ftyvendan om die te ma
tigen en te verzachten. Ook diende men
daarenboven dan noch ene openinge te ftel-
len in 't blad of de tafel, waarmede de
Drievoet bedekt, en waarop Pythia als ha
ren
Cg) diodor. sicul. L. XVI. 26.
(h) J. Chr. harenbergiüs de Pythonisfa Endorea.'