(8) de choraides voortloopen tot aan het vooril gedeelte van het oog, naar den regenboog en dezen worden de nervi ciliares genaann (c)de derde is de ramus lachrymaliswel ke langs de bovenfte uitwendige zyde vai de orbita heen loopt tot aan den kleinen oog hoek, eindigende, na eenige kleine takje aan de nabuurige deelen gegeeven te hel ben, in de traanklier. 5. Ëindelykhetzes de paar, 't welke zig geheel en al in de al haaiende fpier van het oog verliest. All deze zenuweninsgelyks ook de flagaderen aderenfpieren en verdere deelendie dei oogbol omringenzyn rondom in 't vet ge legen, 't welke de orbita vervuld, zoo da zy hier door zagtelyk onderfteunden ii hunne verfchillende oogmerkenwaar toe 21 gefchikt zynte hulp gekomen worden. VII. De oogbol, na dat dezelve van al le zyne deelenwaar mede zy omringd was, afgefcheiden is, heeft een byna bolrond figuureen weinig van vooren na agter vei Jengd; zoo dat zy als uit twee gedeelten! van fpheeren fchynd zaamge field te zyii) Welker middenlynen verfchillende zyn; want r: (c) In de nederdrukking van dc Staar loopt mei groot gevaar van met de naaide deze nervi ciliares te kwetzen; en ik geloove, dat dc hevigheid der toeval len, welke dikwils op deze Operatie volgen, wel het meest van de k wet zing dezer zenuwtakjes afhangd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 66