22 XIII. Het derde eigen vlies van den oog. bol wordt het netvlies retinagenaamd, om dat men geloofde, dat het even als een net met veele kleine gaatjes doorboord wax Het zelve is onmiddelyk onder de choroidal geplaatst, omvattende het glasagtige vogt vermits het zig van den bodem des oogap pels tot aan den oorlprong der hairige voort brengzels uitfcrekt. Deszelfs kouleur is wit agtig naar den aschgrauwen hellendeedoc! dit verlchild na de jaarenwant in kindere; is het doorfchynende't welk te weeg brengt dat 't zelvein den grond van een leevendi| oog befchouwd, zig zwartagtig vertoond na verloop van eenige jaaren wordt het min der doorfchynendeomtrent het twintigft jaar wordt de grond van 't oog minder i: zwartheid omtrent het dertigfte jaar vet krygt het een gryze kouleur, en in den hooj ften ouderdom wordt het byna wit (w). 1 deszelfs geheele uitgestrektheid is het tegei di om wfinneer hy de operatie van de cataract door de ui: neeming verrigten wil, en zoo dra by de capfula lent geopend heeft, alle de lichtftraalen van 's lyders oo af te wenden, om dus den oogappel van langjzamerlw te doen verwyderenwant zoo dra de cataraB van plaats begint te veranderen, kunnen'er ter-gyden eenige licht ftraalen tot op het netvlies doorfchietenen dus de.ver. nauwing des oogappels vermeerderen, waar door mefl dan om de cataraB uit te drukkeneen fchielyker rek king aan de iris veroorzaakt, CvO MUSSC HENBROEK IntroduB. ad philoCoph. nat'Ui Tom, II, MPCCCLXL paê, 752.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1769 | | pagina 80