r$8 ANTWOORD ÓVER DÉ ren gediend zyn, Tot de eerfte foort brcnge ik de Zon en Maan, de twee aanzienlykfte Godheden der Germaanen (h), van welken de zon- en maandag hnnnen naam ontleend hebben, Ook hielden zy het vuur voor eene Godheid, naderhand bekend onder den naam van yulcanus (i). By dezen voege men Marsden oorlogs-Goddie zoo wel by de Gatten werdt gediend (k), als by alle de Germaanendie hem voor hun nen voornaamften God hielden en met menfchen- offerhanden vereerden (1); Tuisto of Tuiscoen Mannus, welker eerften de Germaanen zeiden uit de aar de te zyn voortgefproten, wiens zoon de tweede was, en welke beide zy er kenden als den oorlprong en de dich ters van hun geflacht (m); Hertlusof Her- (k) tacitus Lib. XIII Annul, c. LVIL (1) tacitus Lib. IV. Hi[lor. c. LXIVde M. G. t. IX. Men meent, dat de Celten en Germaanen Mars doorgaans Theis genoemd hebbennaar wien de der de dag der weke Theisdag en vervolgens Dinsdag zou geheten zyn. Zie van loon aloude Holl. Hiftorie I. Deel, bh 18, 00 cjf.sar de B. G. Lik. VI, XXL 0) ciESAR de B. G. Lib. VI, c. XXI. 'Er is, die meent dat de Germaanen den God Mars onder dien naam bedoelden. Zie schedius de Diis German, pag. 9°, 92. (m) tacitus de M. G. c. 2z,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 106