OUDHEDEN VAN ZEELAND. 59 fchreven. Andere redenen gaa ik met opzet voorbyte meer om dat dit ftuk nader zal voldongen wordenals in 't vervolg over de wetenfchappen der oud' fte be volkers zal gehandeld worden. Vraagt men, welke taal de oudltebe- woners van dit gewest gefproken heb ben daar op is niet gemakkelyk te ant woorden, Het is vermoedelyk dat de Celtijche fpraak hier in gebruik was, uit welke vervolgens andere taaien en tong vallen heuren oorfprong gekregen heb ben waar van ook in onze Nederland- fche taaie zoo vele bewyzen te vinden zyngelyk door anderen in 't breede betoogd is. Noch meent mendat de Runijche letteren toen in gebruik waren welke in vervolg van tyd met andere verwisfeld werden (k). Men heeft eenige redenendie ons doen geloovendat de Grïekjche taal en letteren by de Batavierenals afram melingen der Germaanenniet onbekend waren. Want, om niet te zeggen dat zeer vele woorden der Neder-Duitfche taaie van eenen Griekfchen oorfprong zyn (k) JARKIUS ad SCIIEDIUM de Diis German, pag. 446, 447, WACHTERUS in Glosjdrio German. "J. Rune, Nieuwe Bydragen 1. c. bl. 222, 223*.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 127