C VI gelyk deszefs uitgegevene werkenby allen f die prys op ware geleerdheid ftellen, den meesten roem verwerven. De voortgang van het natuurlyk recht is zeer zichtbaar. Wie kent en bewondert niet de kundigheid van Vitriarius en Barbeyrcic Wie weet niet hoe ver van der Marck daar in gevorderd zyen 't zelve met kracht van redenen verheffe, als 't welk, volgens de regelen van eene gezon de flaatkundevan grooter aanbelang voor ons vaderland is, dan de burgerlyke wetten der Romeinen, van welker godsdienst, re- geeringswyze en zedenwaar naar hunne wetten gefchikt waren wy veel verfchillen. Trouw ens, moeten alle wetteneenvouwdig kort, en weinig in getal zynom geen ftrikken maar een voorfchrift van onzen levenstrant te konnen wezengelyk Grotius en de yives zeer wel zeidenwat brengt dan die groote baaijert der Roomfche wetten ten wegeals dat de twistgedingen in de pleitzaalen een lan gen reeks van jaren worden uitgerekt en eene onzekere uitkomst hebben Het vaderland- fche rechtin deze eeuw meer dan te voren beoeffendmaakte eenen aanzienlyken voort gang. Daar toe diende in 't byzonder het gebruik der uitgegevene PlakaatboekenChar terboeken CoftumenHandvesten en voor rechten van verfcheidene landfchappen en lie den waar in Mieris, van de V^aterWa~ genaarOosten de Bruinde Timmerman Scheltus, de Baron Thoe Schwartzenberg en anderen met lof gearbeid hebbep.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 12