72 L. P. VAN DE SPIEGEL OVER III Na dat de Gravenhet zy door gunde der Frankifche Vorden, het zy op eenige andere wyze aan het opper gebied dezer landen geraakt waren, volgden zy in alles de regeeringswyze hunner voorzatenzy heften tollen en andere fchattingenzy eigenden zich de verbeurd verklaarde en onbeheerde goe deren zy behielden dezelve wetten rechten en costumen, aan welke het volk gewoon was onder de vorige regee- ringeen zoo pleegden zy ook recht op hunnen eigen naamin eene jaarlykfche byeenkomde van de voortreffelykden der natiewaar aan zy mede den naam van placitum gaven, welke noch zeer laat in de Latynfche handvesten gevon den wordtalle uitvoeringe des rechts gefchiedde door den Grave als opper vorst in perfoon, of door iemand van hem byzonderlyk daar toe aangedeld, en nergens was eenig hoogst rechtsge bied dan by den Grave met zyne ver- gaderinge van edelen en aanzienlyke in gezetenen, S IV. In Zeeland egter was het lang in gefchilwien de hoogde rechtple- gende macht toekwame, en het heeft meer

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 140